Een krant voor de buurman
Het is inmiddels een vaste gewoonte: elk jaar komt ds. L.H. Oosten onze nieuwe collega’s vertellen hoe het Reformatorisch Dagblad tot stand kwam. Hij was in 1966 een van de initiatiefnemers voor het een eigen dagblad en we vinden het heel waardevol dat alle medewerkers uit de eerste hand kunnen horen hoe de krant van de grond getild werd.
Met guldens en rijksdaalders, met typemachine en telex, maar vooral met gebed en een duidelijk doel. Over dat laatste is ds. Oosten altijd helder: de krant is er óók voor de buurman. Als hij –in de beginjaren– naar huis reisde per trein, liet hij met opzet de krant liggen voor anderen. „In de hoop dat de Heere het zegent. We moeten onze missie niet vergeten. De krant heeft iets uit te dragen onder ons volk”, pleegt hij tot onze collega’s te zeggen.
Een krant voor het hele volk, daar kon de redactie in die beginjaren niet eens over dromen. Maar tijden veranderen. Wat met de papieren oplage ondenkbaar is, komt met een website een stuk dichterbij. Het RD publiceert vanaf eind 1997 nieuws op internet en in 2005 wordt de grens van 100.000 unieke bezoekers per maand doorbroken.
Juist bij de vernieuwing van de website, afgelopen woensdag, berekenden onze webcollega’s dat er een nieuwe grens doorbroken is.
Gemiddeld over de eerste elf maanden van dit jaar hebben we 1 miljoen unieke bezoekers per maand. Dat betekent grofweg dat we elke maand bijna 10 procent van de volwassen internettende Nederlanders op onze site mogen begroeten.
Toegegeven, dat is nog niet héél het volk en we beseffen ook dat niet al die bezoekers komen vanwege de christelijke identiteit van ons digitale kanaal. Toch laat het zien dat onze artikelen ertoe doen en dat de boodschap veel mensen aanspreekt en nog meer mensen bereikt. ”In de hoop dat de Heere het zegent”.
In tijden van verwarring, desinformatie en alternatieve media is betrouwbare journalistiek van groot belang. Letterlijk iedereen kan een eigen mediakanaal oprichten en we krijgen dagelijks mails met tips om dit of dat filmpje eens te bekijken. Bijna altijd gaat het om één spreker die met veel overtuigingskracht zijn of haar verhaal mag doen.
Maar goede journalistiek kijkt verder, scheidt kaf van koren, gaat verder dan een aai over de bol en doet aan wederhoor. Dat kost meer moeite, maar op de lange duur loont het.
Reageren? hoofdredactie@rd.nl
