Doek valt voor Zeeuwse jeugdzorgorganisatie, vraagt hulp minister
Jeugdzorgorganisatie Intervence roept Den Haag op een besluit terug te draaien van de gemeenten in Zeeland om in het nieuwe jaar het zorgcontract met de organisatie op te zeggen. Daardoor houdt Intervence op te bestaan. Volgens de organisatie heeft het besluit „ernstige gevolgen voor onze 700 kinderen en gezinnen”, schrijft ze in een brief aan minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) en staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid).
Het ging al langer niet goed met Intervence, dat jongeren in Zeeland begeleidt die met jeugdbescherming of jeugdreclassering te maken krijgen. In 2019 is er nog een grote reorganisatie geweest. De afgelopen maanden zijn drie scenario’s onderzocht voor hoe het verder moet met Intervence: zelfstandig doorgaan, verkopen of sluiten.
De gemeenten hebben er nu voor gekozen om per 1 januari 2021 te stoppen met de organisatie. Dat betekent dat de kinderen over andere instellingen moeten worden verspreid. Volgens Intervence is die keus door de gemeenten „uitsluitend financieel” gedreven.
Branchevereniging Jeugdzorg Nederland vreest dat de nu gekozen oplossing voor alleen maar grotere problemen gaat zorgen. „Wij hebben de afgelopen jaren al een aantal belangrijke jeugdzorgorganisaties in Nederland zien wegvallen. De situatie was steeds anders, maar de gevolgen zijn overal hetzelfde: jongeren en gezinnen vallen tussen wal en schip met alle gevolgen van dien, omdat de financiële belangen belangrijker worden geacht dan continuïteit en kwaliteit van zorg”, waarschuwt de brancheorganisatie. „Het leidt uiteindelijk nooit tot goedkopere jeugdzorg, wel tot spanningen, verslechterde thuissituaties en meer schrijnende verhalen.”
Vakbond FNV denkt nog na over eventuele acties. Volgens de bond is er totaal geen rekening gehouden met de medewerkers en kinderen. „Wij gaan nu met de mensen bespreken of we actie gaan voeren. En dan heb ik het niet over een handtekeningenlijstje. Dan leggen we ook gelijk binnen een paar dagen het werk neer”, zegt Janny Koppens van FNV Jeugdzorg. „Dit is de zoveelste jeugdzorginstelling die omvalt en waar opnieuw alle regie van de overheid ontbreekt. Met een absurd tijdsplan en zonder enig overleg met ons, met het personeel of met de kinderen.”