Hoekstra vaak gefrustreerd over ambtenaren en Belastingdienst
Minister van Financiën Wopke Hoekstra ergert zich regelmatig aan de houding van ambtenaren van zijn ministerie en bij de Belastingdienst in het bijzonder. Er werd te ontspannen en te verdedigend gereageerd op schandalen die aan het licht kwamen en van veel politieke onderwerpen leken veel ambtenaren het belang en de urgentie niet in te zien, zegt hij in een verhoor over de toeslagenaffaire.
Hoekstra schetst hoe hij voormalig staatssecretaris Menno Snel moest vervangen tijdens het mondelinge vragenuurtje in de Tweede Kamer over beschuldigingen van etnisch profileren bij de fiscus. De ondersteuning van ambtenaren was niet goed genoeg. „Dat kon echt niet”, blikt hij terug. Ambtenaren konden hem niet verzekeren dat er geen sprake was, en reageerden te laconiek op de berichten. Ze adviseerden hem aan de „veilige kant” te blijven.
De minister sprak de topambtenaar van zijn ministerie hierop aan en uitte zijn zorgen over het feit dat Snel op deze manier vaak de Kamer werd ingestuurd. Zijn kritiek op de Belastingdienst werd hem niet altijd in dank afgenomen, vertelt Hoekstra. Hij kreeg vaak berichten dat ambtenaren het vervelend vonden dat hij over de „hardnekkige problemen” sprak.
Naarmate steeds meer duidelijk werd over de toeslagenaffaire, bleef de Belastingdienst te defensief, tot ergernis van de bewindsman.
Maar Hoekstra werd bijvoorbeeld ook te laat geïnformeerd over problemen met de erf- en schenkbelasting, zegt hij. De manier waarop informatie naar boven komt bij de Belastingdienst is nog steeds niet op orde, aldus de bewindsman. „Er was daar gewoon evident onvoldoende gevoel voor urgentie, politieke relevantie en het belang van dit onderwerp.” Tijdens de verhoren deze week kwam vaak naar voren hoe slecht de politieke top op Financiën werd bijgepraat over problemen bij de fiscus.
Voormalig staatssecretaris Menno Snel gaf aan dat ambtenaren hem of de minister pas over een probleem wilden vertellen als ze er een goed advies over konden uitbrengen en een oplossing konden aandragen. Dat betekent dat soms prangende onderwerpen lang blijven liggen. Volgens Hoekstra werden explosieve aspecten van bepaalde zaken ook wel eens halverwege een memo ‘weggestopt’, in plaats van dat ze helder en prominent gepresenteerd werden.