’Ziekenhuismarkt heeft monopolistische kenmerken’
De afgelopen 25 jaar zijn steeds meer ziekenhuizen gefuseerd, zonder dat de kwaliteit van de zorg en de efficiënty spraakmakend verbeterd is. Door de concentratie van ziekenhuisdiensten heeft de markt oligopolistische en monopolistische kenmerken. Concurrentie tussen ziekenhuizen wordt hierdoor niet bevorderd.
Dat stelt gezondheidswetenschapper M. den Hartog in zijn proefschrift ’Effecten van marktstructuur en gedrag op het resultaat van algemene ziekenhuizen’, waarop hij volgende week promoveert aan de universiteit van Tilburg. Den Hartog bestudeerde de ontwikkeling van de ziekenhuismarkt in de periode tussen 1978 en 2001. In die tijd waren er 86 fusies en hebben 36 kleinere ziekenhuizen hun deuren gesloten.
Volgens Den Hartog hadden de fusies slechts een beperkte invloed op de kwaliteit van de zorg en de optimalisatie van het gebruik van de bedden, en dus op de wachtlijsten. Die is meer afhankelijk van het management van het ziekenhuis en de manier waarop zij middelen inzet.
De fusiegolf heeft er echter wel toe geleid dat de overlevingskansen van ziekenhuizen zijn toegenomen. Basisziekenhuizen met maximaal 250 bedden en categorale ziekenhuizen hebben een veel kleinere overlevingskans.
Uit het onderzoek blijkt verder dat de ziekenhuizen die een maximale omzet nastreven, dezelfde ziekenhuizen zijn die een maximale kwaliteit nastreven.