Oproep Tweede Kamer tergt president Azerbeidzjan
President Ilham Aliyev van Azerbeidzjan is verbolgen over de oproep van de Tweede Kamer om sancties tegen hem en zijn omgeving in te stellen. Hij vindt die oproep „onevenwichtig” en „onrechtvaardig”, zei hij toen de nieuwe Nederlandse ambassadeur Pauline Eizema haar geloofsbrieven aanbood.
De Tweede Kamer nam dinsdag een motie aan waarin het kabinet wordt opgeroepen in de Europese Unie te pleiten voor sancties tegen Aliyev omdat militairen van Azerbeidzjan en door Turkije gestuurde jihadisten uit Syrië „op grote schaal oorlogsmisdaden hebben gepleegd in Nagorno-Karabach”.
„Het zal ons niet helpen nauwere banden aan te knopen”, oordeelt de president. Minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken had de motie van CDA en ChristenUnie afgeraden. Hij wil eerst onderzoek. Aliyev sprak van een „evenwichtige benadering” door de bewindsman. De motie werd gesteund door alle partijen in de Kamer behalve VVD, FVD, DENK en Van Haga.
Sinds september vochten het christelijke Armenië en het islamitische Azerbeidzjan om Nagorno-Karabach. Die regio ligt in Azerbeidzjan, maar etnische Armeniërs daar verklaarden zich onafhankelijk tijdens een conflict dat uitbrak toen de Sovjet-Unie in 1991 instortte. Internationaal is het nooit erkend. Vorige week bereikten de strijdende partijen een bestand. Armenië wordt gezien als de verliezer.