Amnesty: Massamoord in Noord-Ethiopië
In de Noord-Ethiopische stad May Cadera zijn op 9 november „tientallen, en waarschijnlijk honderden, mensen neergestoken of doodgehakt.” Dat meldde Amnesty International donderdag op basis van eigen onderzoek.
De burgerslachtoffers „lijken dagloners te zijn geweest die op geen enkele manier betrokken waren bij het aanhoudende militaire offensief” in de onrustige regio Tigray, waar de stad zich bevindt. Dat zei Deprose Muchena, directeur van Amnesty International voor Oost- en Zuidelijk Afrika.
Hoewel de mensenrechtenorganisatie nog niet in staat was om de daders van de aanval te identificeren, spraken getuigen over troepen die loyaal zijn aan het Tigray People’s Liberation Front (TPLF). Deze partij bestuurt de regio en ligt overhoop met de Ethiopische premier Abiy Ahmed sinds hij in 2018 aan de macht kwam.
Omdat toegang tot de regio niet mogelijk is en communicatie geblokkeerd is, is het onduidelijk hoeveel slachtoffers er in de strijd zijn gevallen en hoe die precies verloopt.
Ahmed zei eerder dat de TPLF verantwoordelijk was voor executies van regeringssoldaten in Noord-Ethiopië. Hij zei dat het leger de stad Shire had heroverd en lichamen van legereenheden had gevonden die waren „vastgebonden en geëxecuteerd”, eraan toevoegend dat „de wreedheid hartverscheurend is.”
Deskundigen waarschuwen dat chaos in Ethiopië grote gevolgen kan hebben voor heel Noordoost-Afrika en ook nieuwe vluchtelingenstromen naar Europa op gang kan brengen. Meer dan tienduizend Ethiopische vluchtelingen zijn deze week naar Sudan uitgeweken, liet het buurland woensdag weten.
Tigray wordt bestuurd door het TPLF. Lange tijd nam de partij deel aan de regeringscoalitie in Ethiopië, maar vorig jaar stapte de groepering op uit onvrede over de hervormingen van premier Ahmed. De spanningen kwamen tot een kookpunt toen de TPLF in september lokale verkiezingen organiseerde tegen de zin van de federale overheid in Addis Abeba. De TPLF is goed bewapend en heeft beschikking over zo’n 250.000 militairen.