„Zorgboer handelt vanuit meerdere overtuigingen”
Projectleider Judith Westerink (45) van Wageningen University & Research was nauw betrokken bij de totstandkoming van de donderdag gepresenteerde brochure Zin in Zorglandbouw. Zes vragen.
Hoe is het idee voor dit onderzoek ontstaan?
„De vraag kwam van de christelijke zorgboerderij ’t Paradijs en de antroposofische stichting Omslag. Deze zorgboeren willen meer met andere zorgboeren in gesprek over wat hen echt drijft en hoe zich dat uit.”
Waar komt die behoefte vandaan?
„In de zorglandbouw is relatief veel sprake van bureaucratie. Subsidies zijn te veel ingericht op grote zorginstellingen. Zorgboerderijen zijn juist klein. Daarnaast wordt op een zorgboerderij een ander type zorg verleend en dus is er ook een andere aanpak vereist. Het zorgsysteem is dus niet goed op deze sector ingericht. De vele regeltjes en de bureaucratische rompslomp kosten veel zorgboeren negatieve energie. Daardoor ontstond de behoefte om hierover met elkaar in gesprek te gaan. Om elkaar te inspireren en te bemoedigen.”
Hoe is het onderzoek uitgevoerd?
„Het onderzoek kon niet worden gedaan door mensen simpelweg een enquête te laten invullen. Het gaat over gevoelige onderwerpen, dus vergt het tijd om tot een niveau van vertrouwen te komen. De studenten die het onderzoek hebben uitgevoerd, hebben daarom de nodige tijd doorgebracht op de zorgboerderijen. Ze gingen niet alleen met de zorgboeren in gesprek maar spraken ook met de cliënten. Zo zijn de data verzameld.”
Wat is de opvallendste conclusie van het onderzoek?
„We hebben de drijfveren van de zorgboeren onderverdeeld in vier categorieën. Zo werkt een antroposofische zorgboer vooral vanuit een mensgerichte overtuiging, terwijl bij een christelijke zorgboer religieuze overwegingen de doorslag geven. Wat het meest opvalt, is dat geen enkele zorgboer maar één drijfveer noemt. Vaak ligt het accent wel op één, maar er zijn ook andere motieven die hem of haar inspireren. Een christelijke zorgboer wordt bijvoorbeeld vooral gedreven door zijn geloof in God, maar ook mens- en milieugerichte overtuigingen kunnen meespelen.”
Ondanks de overlap kunnen er dus wel accentverschillen liggen in drijfveren. Merken de cliënten op een zorgboerderij daar wat van?
„In principe hebben alle onderzochte zorgboeren dezelfde kijk op degenen aan wie ze zorg verlenen. Ze noemen ze nooit patiënten maar kiezen een inclusief woord om deze mensen te duiden. De benamingen verschillen, maar vaak worden ze bijvoorbeeld deelnemer genoemd.”
Donderdag is de brochure aan minister Schouten van Landbowu overhandigd. Hoe nu verder?
„We hopen dat het gesprek op gang komt. Niet alleen onder de zorgboeren, maar ook in het geheel van de samenleving. Als mensen meer van elkaar te weten komen, komt er ook meer begrip. Daar kunnen mooie dingen uit voortkomen,”