Meer belasting betalen voor een Tesla dan voor een youngtimer
Door de stikstofcrisis gaat de maximum snelheid op snelwegen omlaag. Elektrische rijders vragen om een aparte baan op de snelweg waar zij wél 130 kilometer per uur kunnen rijden. Een e-lane dus.
Daartegenover moet wellicht ook de discussie gevoerd gaan worden of de meest vervuilende auto’s ook niet een aparte baan moeten krijgen waar zij 80 kilometer per uur moeten rijden. Noem het een CO2-lane. Ondenkbaar is dit niet als we zien dat diverse steden al werken met milieuzones. Bij de behandeling van het Belastingplan 2020 werd ook discussie gevoerd over deze oudere meer vervuilende auto’s.
Youngtimer
De fiscale wetgeving kent een regeling die in de volksmond de youngtimerregeling wordt genoemd. Voor auto’s die meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik zijn genomen, wordt het voordeel bij privégebruik gesteld op 35 procent van de marktwaarde. Een taxatie van een autodealer kan hier aan bijdragen. En logischerwijs ligt deze marktwaarde een stuk lager dan de cataloguswaarde.
De youngtimerregeling is de laatste jaren –met name bij ondernemers– zeer in trek. Reeds in 2016 was al een stijging van het gebruik van youngtimers te zien ten opzichte van 2014 van 40 procent. De youngtimer is zelfs voordeliger dan de elektrische Tesla.
Wie een Tesla aanschaft voor 100.000 euro in 2019 en daarmee privé wenst te rijden, loopt tegen een bijtelling aan van 4 procent over 50.000 euro en 22 procent over de andere 50.000 euro. Het voordeel bedraagt derhalve 13.000 euro.
De gebruiker van de Tesla zal worden geconfronteerd met ruim 6.700 euro aan belasting. De buurman die een 15 jaar oude auto aanschaft voor een bedrag van 15.000 euro heeft te maken met een voordeel van 5.250 euro. Dat komt neer op een belasting last van ruim 2.700 euro.
Niet van toepassing
Deze ontboezeming ontlokte de Tweede Kamer een motie of de youngtimerregeling ook niet van toepassing kan worden verklaard op auto’s van vijf jaar of ouder zonder CO2-uitstoot.
Het is wel goed te beseffen wat de ratio is van de youngtimerregeling. De regeling wil bij oudere vrijwel afgeschreven auto’s meer aansluiten bij de reële waarde die de auto op dat moment heeft. Aan de andere zijde zijn er gerestaureerde oude auto’s die nu veel meer waard zijn dan bijvoorbeeld 40 jaar geleden. Ook dan sluit de regeling meer aan bij de waarde van nu. De essentie van de regeling is dan ook niet fiscaal gedreven.
Duidelijk is dat de fiscaliteit wel een onbedoeld gevolg kan zijn van de regeling. Kamerleden van D66 hebben daarom gevraagd of de leeftijdsgrens niet moet worden opgeschoven naar 20 of 30 jaar. De staatssecretaris gaat daar echter niet in mee. In zijn antwoord verwijst de staatssecretaris naar het Belastingplan 2009 waar was opgenomen dat de leeftijdsgrens zou worden opgeschroefd naar 25 jaar. Dat is niet doorgegaan. Wel is destijds het bijtellingspercentage verhoogd van 25 procent naar 35 procent. Ook in de kostenaftrek zal de youngtimer niet worden beknot. En daarmee zullen deze auto’s ook in 2020 gezamenlijk met de nul emissie auto’s zichtbaar blijven op de snelwegen.
De auteur is belastingadviseur bij Visser & Visser Belastingadviseurs. Reageren? fiscaal@refdag.nl