Een klein ogenblik...
Psalm 30:6
„Want een ogenblik is er in Zijn toorn, maar een leven in Zijn goedgunstigheid; des avonds vernacht het geween, maar des morgens is er gejuich.”
Geestelijke verlating betekent: een innerlijk kruis of geestelijke smart en aanvechting waardoor een mens, nu waarlijk tot God bekeerd zijnde, niet gevoelt de verheuging zijns harten in God en goddelijke dingen. Ze komt voort uit de verduistering der verzekering en der helderheid betreffende het toe-eigenen door het persoonlijk geloof. Wat wel het ergste is, maar het minst voorkomt, is een lijden van aanhoudend, pijnlijk gemis. Meer komt voor het kruis der gelovigen. Het meest komt voor het innerlijk kruis.
De goede gesteldheid en gave, genade, die tegenover dit gemis en gebrek gesteld worden, zijn: de geestelijke vrede, vertroosting, zoetigheid en vermaak, allereerst in onze God, vervolgens in goddelijke dingen, dat wil zeggen de delen, werkingen, middelen van de zaligmakende genade.
Maar het zoëven genoemde aanhoudende gemis is slechts voor een tijd, niet voor altijd of ten einde toe. „Voor een klein ogenblik heb Ik u verlaten. Want een ogenblik is er in Zijn toorn, maar een leven in Zijn goedgunstigheid. Des avonds vernacht het geween, maar des morgens is er gejuich” (Jesaja 54:7; Psalm 30:6). Ze is ook slechts ten dele, niet volkomen. Ze is namelijk een tijdelijk ophouden en gemis van de vreugde en gerustheid, niet voor zover het de wortel, maar voor zover het de vrucht aangaat; niet in zoverre het de tegenwoordigheid en het wezen, maar voor zover het het gevoel en de oefening aangaat.
Gisbertus Voetius, hoogleraar in Utrecht (”De geestelijke verlatingen”, 1646)