Poetin wil toon richting Jehova’s Getuigen matigen
De Russische president Poetin wil de positie van Jehova’s Getuigen mogelijk verbeteren. De Jehova’s in Rusland worden sinds vorig jaar actief bestreden door de overheid.
Tijdens een ontmoeting met de raad van maatschappelijke ontwikkeling en mensenrechten werd Poetin deze maand geconfronteerd met een vraag over de Jehova’s Getuigen. In Rusland is die beweging sinds april 2017 verboden. Aanhangers worden bestempeld als extremisten. „Het zou niet zo moeten zijn dat we alle vertegenwoordigers van religieuze gemeenschappen bestempelen als destructief en als terroristen”, stelde Poetin.
Zo’n 100 Jehova’s Getuigen in Rusland zijn het afgelopen jaar beboet omdat ze hun godsdienst in de praktijk brachten. Zo’n 25 van hen hangt nog een gevangenisstraf boven het hoofd. In de ogen van de Russische regering vormen de Jehova’s Getuigen een sekte en een extremistische organisatie. Vóór het verbod van 2017 telde de beweging in Rusland zo’n 170.000 aanhangers.
Activisten
De positie van de Jehova’s Getuigen werd bij Poetin aangedragen door een aantal activisten, onder wie Jekaterina Sjulman, politicoloog en lid van de presidentiële raad voor de ontwikkeling van het maatschappelijk middenveld en mensenrechten. Ze bekritiseerde de antiterreurwetgeving in Rusland. Daardoor worden zo’n 500 organisaties bestempeld als extremistisch en terroristisch.
Van de 500 organisaties zijn er ongeveer 400 verbonden met de Jehova’s Getuigen. Zo telt elke plaatselijke afdeling van de Jehova’s als aparte terroristische organisatie. Dat is niet realistisch, stelde Sjulman: „Er doen vele beweringen over Jehova’s Getuigen de ronde, maar ze roepen niet op om geweld te gebruiken en voeren het zeker niet uit. Daarom hoop ik dat de anti-extremistische wetgeving wordt gematigd in overeenstemming met het werkelijke niveau van criminaliteit.”
Daarop reageerde Poetin positief: „Waarschijnlijk moeten we op een gegeven moment meer vrijheid geven aan Jehova’s Getuigen. Maar laten we niet vergeten dat de Russische Federatie voor 90 procent bestaat uit Russisch-orthodoxe christenen. We moeten echter de vertegenwoordigers van alle religies op dezelfde manier behandelen, maar het is ook nodig dat we rekening houden met het land en de samenleving waarin we leven.”
Poetin heeft al vaker gezegd iets te doen aan de rechten van religieuze minderheden. Lokale veiligheidsdiensten en de politie lijken daarentegen hun eigen gang te gaan als het gaat om het vervolgen van religieuze bewegingen. Ook christenen zijn soms de dupe van de ongecontroleerde inmenging van lokale overheden.
Verscherpte wetten
De wetgeving van de Russische overheid omtrent religie is sinds 2016 flink aangescherpt met de Jarovaja-wetten, een pakket met antiterreurwetten die volgens critici de rechten van burgers flink inperkten. Het uitdragen van het geloof op straat is verboden en de controle is flink opgevoerd. Ook zijn er controles bij samenkomsten van verschillende kerken en islamitische organisaties. Alleen de Russisch-Orthodoxe Kerk is vooralsnog gevrijwaard van de toegenomen controles.
De Russische overheid is vooral bang voor opruiing van het volk, stelde de president. „We willen niet dat Rusland gaat lijken op bijvoorbeeld Parijs”, zei hij verwijzend naar recente protesten in de Franse hoofdstad.
De Russische overheid wil controle houden over het volk en kiest voor een autoritaire benadering, in tegenstelling tot vrijwel alle westerse landen. Poetin: „Het gevolg daarvan is dat je in zulke landen ziet: Waterkanonnen, gas, knuppels, honderden slachtoffers. Datzelfde gebeurde bij ons in de jaren 90.”