Burgerregering Pakistan voedt zelf islamitisch extremisme
Asia Bibi werd slachtoffer van islamitisch extremisme. Maar van seculiere politici in Pakistan heeft ze evenmin veel te verwachten. Ook die bespelen maar al te graag religieuze sentimenten.
De radicaal-islamitische partij die tekeer gaat tegen de vrijlating van Asia Bibi heeft een reputatie in het met succes gijzelen van burgerregeringen in Pakistan. Dat blijkt uit de studie van Husain Haqqani ”Reimagining Pakistan”, dat eerder dit jaar uitkwam. De Tehreek-i-Labbaik (TLP), die geleid wordt door Husain Rizvi, wordt meermalen genoemd in zijn boek.
De Pakistaanse strijdkrachten en de Pakistaanse geheime dienst hebben Rizvi altijd gesteund, constateert Haqqani. Hij was van 2008 tot 2011 ambassadeur voor Pakistan in de VS en daarvóór politiek adviseur van drie premiers in zijn land. Haqqani leeft nu in ballingschap in Amerika, en is daar verbonden aan het Hudson Instituut, een denktank.
Dát Rizvi optimaal van die leger- en overheidssteun heeft geprofiteerd, bleek wel tijdens een protestdemonstratie in november 2017, waarmee de toegang tot Islamabad bijna drie weken werd geblokkeerd. Er zaten daar hoogstens 3000 volgelingen van Rizvi die protesteerden tegen een subtiele verandering in de kieswet, die ze hekelden als „blasfemisch”, godslasterlijk.
In plaats van te worden aangepakt, kregen Rizvi en zijn beweging zendtijd op de tv-kanalen van het Pakistaanse leger om hun punt te maken. Voor wie daarvan nog niet overtuigd was, verzekerde hij op tv dat „de militairen niet tegen ons zullen optreden, omdat wij doen wat zij willen.” En dus bond de burgerregering in en maakte ze bekend dat werd ingestemd met Rizvi’s visie op blasfemie.
De gematigde krant Dawn reageerde furieus: „De Pakistaanse regering heeft haar gezag uitgeleverd aan een opgejutte massa die het land in vlammen dreigt te laten opgaan.” En: „Er is nu een blauwdruk voor het gijzelen van staat en samenleving. Een relatief kleine groep van heethoofden kreeg de ruimte om een gekozen burgerregering te gijzelen met behulp van de machtige Pakistaanse strijdkrachten.”
Het is een makaber refrein in de Pakistaanse geschiedenis: opeenvolgende burger- en militaire regeringen kozen ervoor om islamitische hardliners tegemoet te komen. Het pijnlijke is verder dat ook de seculiere elite –politici voorop– religieuze sentimenten bespelen. Haqqani spreekt in zijn boek van een ”Outrage Industry”, een woede-industrie: het te pas en te onpas opjutten van de massa om daarvan zelf politiek voordeel te halen.
De islam (en vooral de vermeende belediging ervan) is daarbij nuttig gereedschap. Het gevolg is dat extremisme in de hand wordt gewerkt en Pakistan verder afdrijft in de richting van islamitisch extremisme.