„Ook pleegzorg is christelijke roeping”
„In een wereld die bloedt uit zoveel wonden, heeft de christelijke kerk ook een missie als het om pleegzorg gaat.” Ds. W. Harinck, predikant van de gereformeerde gemeente in Utrecht, concludeerde dat vrijdag in Barneveld op de jaarlijkse pleegzorgbijeenkomst van het Platform Jeugdhulpverlening.
De kerk heeft twee grote taken, aldus ds. Harinck: evangelieverkondiging en Bijbels pastoraat, de zorg voor zielen. „In de hedendaagse participatiemaatschappij liggen ook op het vlak van pleegzorg mogelijkheden om in woord en daad iets te laten zien van gemeente-zijn.”
In het platform werken de Hersteld Hervormde Kerk, de Gereformeerde Gemeenten, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland samen. Circa honderd (aanstaande) pleegouders, gastouders en ambtsdragers bezochten de bijeenkomst in kerkgebouw De Hoeksteen in Barneveld.
Veilige plek
Ds. Harinck liet zien dat zorg voor de naaste en veiligheid voor zwakken en hulpelozen Bijbelse noties zijn. „Voor een kerkelijke gemeente is het een mooie taak om kwetsbare kinderen een veilige plek te bieden, maar dat brengt ook verantwoordelijkheid met zich mee. Als een pleegkind met de pleegouders mee naar de kerk gaat, komt het onder het Woord van God. Heeft dat kind een niet-christelijke achtergrond, dan heeft de kerk zeker ook de taak om het een en ander uit te leggen en goede voorbeelden te geven.”
Christenen belijden dat de Heere in Zijn voorzienigheid alle dingen bestuurt en regeert. „Het is dan ook bijzonder dat kinderen die uit een situatie van gebrokenheid, verdriet en pijn komen, een plaats krijgen in een christelijk gezin”, aldus Harinck. „Zo komen ze in aanraking met Gods Woord en de christelijke levensstijl. Onder Gods zegen worden harten en gewetens gevormd, krijgen kinderen Bijbelse waarden en normen mee en horen zij van de enige troost in leven en sterven.”
Zeker bij niet-christelijke pleegkinderen kan pastoraat niet worden afgedwongen, benadrukte de Utrechtse predikant. „Maar laat bij een bezoek aan de pleegouders ook een hartelijke groet voor het pleegkind achter, of een uitnodiging voor de zondagsschool. Kleine stapjes, maar niet onbelangrijk.”
Wanneer een pleegkind langer in een gezin verblijft, is het belangrijk dat kerkenraad en gemeente daarvan op de hoogte zijn, stelde ds. Harinck. „In overleg kan erover worden bericht in de kerkbode en kan er voorbede worden gedaan. Bij crisisopvang is dat niet altijd mogelijk. Daarom is het wenselijk dat pleegouders en pleegkinderen van tijd tot tijd meer in het algemeen in het openbare ambtelijke gebed aan de Heere worden opgedragen.”
Ook bepleitte Harinck dat kerkenraden in hun pastorale contacten openstaan voor echtparen die overwegen zich voor pleegzorg beschikbaar te stellen. „Ik weet van ambtsdragers die pleegzorg onder de aandacht brachten, waarna het voor de betreffende echtparen een gebedszaak werd en de Heere hen gewillig en bereid maakte om hun hart en huis voor een pleegkind te openen.”