Column (Gert van de Wege): Lampje
Als ik nieuwe literatuur lees, vind ik het vaak minder goed dan ik op grond van de recensies verwachtte. Maar deze keer is dat anders. ”Lampje” (2017) van Annet Schaap is grandioos.
We hebben ”Lampje” hier gezinsgewijs gelezen. De uitgever vermeldt op zijn website een leeftijd van tien tot twaalf jaar. Maar leeftijd zegt niets. Elke voorleessessie eindigde hier met een hevig verlangen naar de volgende hoofdstukken, waarop met smart een week werd gewacht, en dat gold voor vijf- én voor veertigjarigen.
Wat maakt ”Lampje” zo goed? Eigenlijk alles: het verhaal, de stijl, de personages, de taal, de thematiek. ”Lampje” gaat over een jong meisje dat met haar drankzuchtige vader opgroeit in een vuurtoren. Haar moeder is overleden en Lampje (alias van Emilia Waterman) krijgt van haar vader een verantwoordelijkheid te dragen die de lezer haast fysiek terneerdrukt.
Het gaat natuurlijk fout. Lampje maakt in een gierende storm een tocht over het pad naar de stad, een pad van stenen door de zee, „onregelmatig als een slecht gebit.” Ze gaat lucifers halen, want het licht van de vuurtoren moet aan. Hoe ze zelf thuiskomt zal ik niet vertellen, maar de lucifers die ze heeft gehaald komen níét thuis. Geen licht in de vuurtoren, een schip dat vergaat, en een klein moederloos meisje dat de schuld op zich neemt. Annet Schaap deelt nogal wat mokerslagen uit in het eerste deel van haar boek.
In de volgende delen komt er een hoofdpersoon bij: het monster in het Zwarte Huis waar Lampje heen moet, een monster dat een getergd jongetje blijkt te zijn. Of eigenlijk geen jongetje, maar… Leest u het boek vooral zelf. Of lees het voor. De taal van Annet Schaap leent zich daar uitstekend voor; haar zinnen hebben een aanstekelijk ritme.
En bijna elke zin die ze schrijft bergt een verrassing in zich: een onverwachte innerlijke dialoog, een plotseling uitzoomen van het perspectief, een beeldend detail waaruit de achtergrond van Schaap blijkt. Ze heeft namelijk een grote naam als illustrator. ”Lampje” is haar debuut als schrijver. Neem deze zin: „Dan gaan de struiken opzij en Nick komt tevoorschijn.” Bijna iedereen zou hebben geschreven: „Dan komt Nick uit de struiken tevoorschijn.” Maar Annet Schaap heeft alles wat er in haar boek gebeurt gezien en dankzij haar talent ziet de lezer het ook.
Is er dan helemaal niets op ”Lampje” aan te merken? Hier thuis werd het slot van het boek met een 7,5 beoordeeld, tegen een 9,5 voor de rest. Ook mag de voorlezer een enkel woord vervangen door een welvoeglijker synoniem. Voor het overige ben ik het geheel eens met de jury’s van de Nienke van Hichtum Prijs en de Woutertje Pieterse Prijs, die Annet Schaap als winnaar aanwezen.
Er volgen nog een paar prijzen, dit jaar, vast en zeker. En vertalingen, het kan niet anders.