Meldpunt Fipronil: NVWA kon crisis niet aan
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit NVWA was organisatorisch niet voorbereid op een crisis zoals die met het verboden bestrijdingsmiddel fipronil in eieren. De dienst greep te laat in, waardoor de crisis groter is geworden dan nodig was en had toen het probleem eenmaal bekend was te veel tijd nodig om de stroom vragen van getroffen pluimveehouders te beantwoorden. Er is grote financiële en emotionele schade ontstaan.
Dat staat in een evaluatierapport van het Meldpunt Fipronil over de eiercrisis, die afgelopen zomer uitbrak. Het meldpunt werd opgericht door tien gemeenten in de Gelderse en Utrechtse Vallei, landbouworganisatie LTO en de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders NVP toen bleek dat getroffen boeren van het kastje naar de muur werden gestuurd.
Het meldpunt adviseerde boeren en legde knelpunten voor aan de juiste instanties, zorgde voor informatie en nam deel aan overleg over de crisis. Pluimveehouders hebben bijna 2500 keer een beroep op het meldpunt gedaan. In negentig gevallen zorgde het meldpunt voor coaching van een getroffen boer. Via het meldpunt kwam er ook een tijdelijke oplossing voor het afvoeren van met fipronil vervuilde mest uit kippenstallen.
Het rapport is in handen van de commissie die op verzoek van minister Carola Schouten van Voedselkwaliteit onderzoek doet naar de fipronilaffaire. Het meldpunt dringt er bij Schouten op aan om de kippenboeren niet op te laten draaien voor de kosten van het nemen van monsters bij kippen. Dat doet de NVWA voordat een besmet bedrijf weer vrijgegeven wordt. Ook zouden getroffen boeren vrijgesteld moeten worden van afvalstoffenheffing op hun vervuilde mest.