Wanneer iemand tot belijdenis is gekomen en zich in de kerk of in het huis van God heeft ingedrongen, is de vraag niet meer: Heeft hij het rechte grondbeginsel? Dan is het: Heeft hij vrucht? Hij kwam en zocht vrucht daarop, staat er.Het scheelt nu niet of God, de duivel, of uw boze hart u hier heeft gebracht. De vraag is: Draagt u vrucht? Brengt u Gode vruchten voort? Wat hebben de mensen met de godsdienst te doen? Wat noemen zij zich naar de naam van Christus Jezus, wanneer zij de genade van God niet hebben, of zo zij de Geest van Christus missen? God verwacht vrucht van hen, wat doen zij anders in de wijngaard? Zij moeten er in horen, of zij moeten er uit. Toch zal het gemis van de genade en van de Geest God niet verhinderen van vrucht te zoeken. De Heere zoekt datgene wat zo iemand schijnt te hebben. Immers, ieder die in Gods huis en wijngaard is, belooft zichzelf en belijdt aan anderen dat er in hem een hemels grondbeginsel is. Hij wil dat alle mensen het geloven. Waarom zou God dan geen vrucht komen zoeken?

Betreffende dezen, die de naam christenen willen behouden en geen gewetenszaak maken van vruchten voort te brengen, tot zulke zegt God: „Gaat heen, dient ieder zijn drekgoden.” Onvruchtbare vijgenboom, hoort u het, God verwacht vrucht en roept erom.

John Bunyan, predikant te Bedfort (Parabel van de onvruchtbare vijgeboom, 1775)