Shell blijft geld steken in boringen Noordzee
Shell blijft naar olie en gas boren in het zogeheten Penguinsveld in het Britse deel van de Noordzee. Daarvoor investeert het Nederlands-Britse energieconcern in een nieuw productie- en opslagschip (fpso).
Het is voor het eerst in bijna dertig jaar dat er een nieuwe, bemande installatie van Shell bijkomt in het noordelijke deel van de Noordzee. Vanuit het in 1974 ontdekte Penguinsveld, gelegen tussen de Shetlandeilanden en de Noorse kust op 165 meter diepte, stroomt nu olie en gas via onderzeese pijpleidingen naar het boorplatform Brent Charlie.
Dat verouderde platform staakt evenwel binnenkort de productie. Daarom zal Shell moeten investeren in nieuwe infrastructuur, als het bedrijf het olieveld verder wil ontginnen.
In het kader van de herontwikkeling worden er acht nieuwe putten geboord die verbonden worden met het nieuwe productieschip. Dat zal naar verwachting maximaal het equivalent van 45.000 vaten olie per dag kunnen produceren. Shell zegt dat het omslagpunt, waarbij ze aan de productie kan verdienen, onder de 40 dollar per vat ligt. Leverancier van het schip is de Noorse offshoredienstverlener Sevan Marine.
„Shell heeft al meer dan veertig jaar een sterke aanwezigheid in dit deel van de noordelijke Noordzee”, zei directeur Andy Brown van de divisie van Shell die ruwe olie produceert. De laatste jaren heeft het concern ook in dit gebied evenwel flink gesnoeid in zijn bezittingen.