Uitzien naar Winterlicht
Winterlicht. Wat een prachtig woord. In deze donkere tijd van het jaar verlangen mensen immers naar licht.
Het is winter. Vaak dagen- of zelfs wekenlang achter elkaar is het donker buiten. Op sommige dagen wordt het amper licht. Dan begint de dag net zo grijs als dat hij weer eindigt. Het is alsof het zonlicht gedoofd is.
Voor vele mensen kan het een moeilijke tijd van het jaar zijn waarin depressiviteit dreigt toe te slaan. De donkere dagen voor Kerst zijn voor hen zwaar, ze voelen zich somber en kunnen juist deze dagen moeilijk doorkomen. Want mensen, groot en klein, houden nu eenmaal van licht.
Toch kan het, juist in deze tijd van het jaar, bijzonder mooi zijn buiten! Wanneer de gouden zon zijn eerste brede stralen over de schepping werpt en alles in een gouden gloed zet, ja, dan houdt zo’n dag een belofte in. Dit winterlicht is zo majestueus, zo heilig haast, dat het eerbied en ontzag afdwingt.
In dit licht mogen we ons koesteren, en uitzien naar het Winterlicht. Het is adventstijd. Nooit heb ik het zonlicht mooier gezien als juist nu in de midwintertijd. Een oude gelovige schaapherder zei eens tegen mij: „Als het op z’n donkerst lijkt te zijn, is het Licht nabij.”