Cultuur & boeken

Ex-dakloze belicht het leven op straat en in de opvang

Lange tijd had hij een relatie, een huis en een baan als docent. Als gevolg van overmatig alcoholgebruik raakte Wim Eickholt alle drie kwijt. In ”Wat ik nou toch heb meegemaakt!” doet hij verslag van een jaar dakloosheid.

21 November 2017 13:50Gewijzigd op 17 November 2020 02:51

Op toegankelijke wijze beschrijft Eickholt zijn leven in 2015. Op nieuwjaarsdag woont hij nog in een kamer die hij huurt, nadat zijn woning vanwege schulden is verkocht. Lichamelijk is hij een wrak. „Ik ben een zorgmijder. Ik ben aan het vervuilen.” Zijn geld gaat voor een groot deel op aan drank. „Bij de Jumbo haal ik tankjes rosé van drie liter. Twee tankjes per dag. Plus een fles wodka of whisky bij de Mitra.”

Als hij zijn kamer uit moet, belandt Eickholt bij de Sleep Inn, een nachtopvang voor daklozen in Utrecht. „Leven met 0,0 privacy. Constant op je hoede zijn. (…) Als je gaat slapen, moet je je schoenen met de veters vastknopen aan de beddenpoot. Kleren waar je niet in slaapt, gebruik je als hoofdkussen. Alles wat los ligt is een makkelijke prooi.”

Overdag zwerft de dan 53-jarige Eickholt op straat. Op zijn route liggen een „dakloosvriendelijk” café en een dagopvang voor daklozen. In een luxe stoel in de bibliotheek valt hij geregeld in slaap. Via de hulpverlening krijgt Eickholt een plek in een behandel- en afkickcentrum in Laren (NH). Hij raakt er van de drank af en keert terug naar Utrecht. Daar verblijft hij bij het Leger des Heils, totdat hij eind 2015 eigen woonruimte krijgt. Gaandeweg krijgt hij weer energie om nieuwe zaken op te pakken. Zo neemt hij bij het Leger des Heils het initiatief voor filmavonden en een pepernotenactie. „Samen pepernoten bakken en die uitdelen in de buurt.” De verandering die Eickholt binnen een jaar doormaakt, is groot. Dat het ook anders kan gaan, blijkt uit ervaringen van diverse andere dak- en thuislozen die de revue passeren.

Eickholt geeft een bijzonder inkijkje in het leven van een dakloze. De taal is geregeld ruw en helaas vermijdt de auteur enkele vloeken niet. De uitgave sluit af met diverse brieven. Zo schrijft Eickholt een brief aan studenten sociaalpedagogische hulpverlening en aan raadsleden en beleidsmakers. Ook schrijven een vroegere buurman en een voormalige vriendin een brief aan Eickholt. Aan het eind nodigt de auteur de lezer uit hem per e-mail te benaderen met vragen.

Tussen de regels door krijgen (toekomstige) hulpverleners de nodige adviezen aangereikt. „Waarom zien we de begeleiding zo weinig in de ontmoetingsruimte? Waarom komen ze niet even gedag zeggen als hun dienst erop zit? Is het echt zo moeilijk om ons als normale mensen te behandelen?” Dit laatste weegt voor Eickholt zwaar. „Diegenen die me als normaal mens bleven zien, daar had ik het meeste aan. Hulpverleners die niet meehuilden, die niet faketen. Eerlijkheid en vertrouwen, daar draait het om.”

Boekgegevens

Wat ik nou toch heb meegemaakt! Verslag van een jaar dakloosheid, Wim Eickholt; uitg. De Graaf, Utrecht, 2017; ISBN 978 90 77024 57 7; 112 blz.; € 16,50.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer