Niznansky wordt beschuldigd van de massamoord op 164 Slowaakse burgers, voornamelijk vrouwen en kinderen, in januari 1945. Een maand later zou hij opdracht hebben gegegeven tot de executie van achttien ondergedoken joden. Niznansky was toentertijd commandant van de Edelweiss–eenheid, bestaande uit Slowaakse collaborateurs.

De belangrijkste getuige tegen Niznansky is een oud–lid van deze eenheid, de 76–jarige Jan Repasky. Deze verklaarde eerder dat Niznansky persoonlijk zeker twintig mensen had omgebracht. Maar in zijn getuigenis van deze week sprak Repasky zichzelf geregeld tegen en leek hij verward.

De rechtbank besloot daarop dat er onvoldoende bewijs bestond om Niznansky langer vast te houden en eiste zijn vrijlating. Niznansky zat sinds zijn arrestatie in januari in de gevangenis.

In 1962 veroordeelde een Tsjechoslowaakse rechtbank de oud–commandant bij verstek ter dood wegens verraad en moord. Niznansky, van Slowaakse afkomst, heeft zelf altijd volgehouden onschuldig te zijn. Later werkte hij als dubbelspion voor de CIA. In 1996 kreeg hij het Duitse staatsburgerschap.

In de dorpen Ostry Grun en Klak, waar de massamoorden plaatsvonden, is ontevreden gereageerd op de vrijlating van Niznansky. „Als gelovige wens ik hem niet dood, maar hij moet aan het lijden denken wat hij heeft veroorzaakt", aldus Anna Novakova. Zij is een van de drie overlevenden van de moordpartij in Ostry Grun en is overtuigd van Niznansky’s schuld.

De vice–voorzitter van de Anti–Fascistische Bond in Slowakije, Oto Wagner, spreekt van een toppunt van triestheid. „Zelfs als hij niet zelf heeft geschoten, is hij toch medeverantwoordelijk voor wat er gebeurd is. Hij was commandant van die eenheid."