Tekstkritische benadering van Paulus’ brieven overtuigt niet
We hebben een vertekend beeld van Paulus, denkt Charles Vergeer. Tenminste, „als we eraan vast blijven houden, dat we hem kennen door Handelingen en door zijn brieven.”
In ”Wie was Paulus wel?!” onderwerpt hij de brieven van Paulus aan onverantwoorde tekstkritiek. Daardoor blijft er nagenoeg niets meer over van het traditionele beeld van Paulus. Blijkbaar is volgens Vergeer de apostel 2000 jaar verkeerd begrepen.
Charles Vergeer (1947) was voorheen docent filosofie en ethiek aan de Fontys Hogescholen. Ook al is hij geen theoloog, hij heeft wel enkele studies over nieuwtestamentische onderwerpen gepubliceerd. Hij meent dat de brieven van Paulus ook door filologen en filosofen moeten worden bestudeerd.
Met de term filologie blijkt hij een specifieke tekstkritische benadering van Paulus’ brieven te bedoelen. Voortdurend tracht de auteur een verantwoording van deze benadering te geven. Tegen het einde van de eerste eeuw zou er, wellicht in Efeze, een eerste editie van Paulus’ brieven hebben gecirculeerd, namelijk Romeinen, 1 en 2 Korintiërs en Galaten. Deze eerste editie zou echter het werk van een redactie zijn geweest. Volgens Vergeer heeft de apostel namelijk nooit een brief aan de Romeinen geschreven: Romeinen is een „gefingeerde brief.” Wel zou Paulus „tal van briefjes” aan de Korintiërs hebben geschreven, die vervolgens tot 1 en 2 Korintiërs zouden zijn geredigeerd. 2 Korintiërs is een „opmerkelijk allegaartje, slecht in elkaar geflanst.”
Evenmin acht Vergeer het merendeel van Galaten, vooral de „felle anti-joodse tekst”, van Paulus’ hand. De huidige brieven zouden „grotendeels pas na de dood van Paulus” zijn geschreven. Op deze manier werd de apostel „dienstbaar gemaakt aan hem vreemde nieuwe situaties.” Kortom: volgens Vergeer zijn ons geen authentieke brieven van Paulus overgeleverd, „slechts fragmenten van teksten, geredigeerd door een latere redactie.” Daarom moeten we, aldus de auteur, de brieven van Paulus aan tekstkritiek onderwerpen.
In de veronderstelde redactie van de eerste editie van Paulus’ brieven meent Vergeer een tekstkritisch criterium te hebben gevonden. Deze redactie zou namelijk worden gekenmerkt door een „anti-joodse tendens” als gevolg van een „vijandige tegenstelling tussen de Joodse wet en het christelijk geloof.” Na het jaar 70 na Christus wilde de redactie de tegenstelling tussen de oorspronkelijke Joodse en de nieuwe, christelijke gemeenschap aanscherpen. Paulus zelf was en bleef echter een wetsgetrouwe Jood. Anti-Joodse teksten in zijn brieven zouden daarom niet authentiek zijn.
Aangezien het traditionele beeld van Paulus onjuist is, worden er, aldus Vergeer, ook onnodig veel studies geschreven over bijvoorbeeld de wet, het geloof, de rechtvaardiging en het Evangelie bij Paulus. De apostel zou niet eens de wet als aandachtspunt kennen, laat staan de tegenstelling tussen de werken van de wet en het geloof.
Terloops moet ook de betrouwbaarheid van het Bijbelboek Handelingen het ontgelden. Handelingen zou „geen ooggetuigeverslag van een vriend en reisgenoot” zijn, maar slechts „een versie van de gebeurtenissen, verregaand aangepast aan de veranderde tijden.” Daarom geeft Handelingen een „later en vertekend beeld van Paulus.”
In Vergeers boek hangt veel af van zijn tekstkritisch criterium, namelijk de tegenstelling tussen de Joodse wet en het christelijk geloof. Indien deze tegenstelling in de teksten van Paulus aanwezig is, dan zou dit een kenmerk van tekstuele onbetrouwbaarheid zijn. Gevolg is dat de teksten van de apostel ernstig worden verminkt. De tekstkritiek van Vergeer resulteert in een soort Schriftkritiek.
In de nieuwtestamentische tekstkritiek worden overigens andere tekstcriteria gebruikt. Deze gangbare criteria rechtvaardigen niet de vergaande conclusies van Vergeer waarbij alle brieven van Paulus uiteenvallen. Verder valt zijn twijfel over de authenticiteit van Paulus’ brieven niet te rijmen met de vroege canongeschiedenis. Zelfs binnen de historisch-kritische school zijn er nauwelijks nieuwtestamentici te vinden die dergelijke drastische conclusies omtrent Paulus’ brieven trekken.
Over het geheel genomen is de studie van Vergeer extreem en veel te speculatief om te kunnen overtuigen. Ook is zijn literatuurverwijzing selectief, waarbij hij ook nog summier naar gangbare en actuele vakliteratuur verwijst. Desondanks presenteert Vergeer zijn boek als een wetenschappelijke studie. Misschien heeft dit laatste voor de uitgever de doorslag gegeven om dit boek toch te publiceren. Wie een klassiek-gereformeerde Schriftbeschouwing huldigt, zal dit boek sowieso snel terzijde leggen.
Boekgegevens
”Wie was Paulus wel?! Op zoek naar zijn teksten”, Charles Vergeer; uitg. Damon, Budel, 2016; ISBN 978 94 603 6228 6; 144 blz.; € 17,90.