Drs. Eikelboom: Zorg voor blijvende openheid in kerk voor homo’s
„In de kerk moet blijvende openheid zijn voor ontkoppelaars: mensen die de gemeente hebben verlaten en relaties zijn aangegaan die de Bijbel verbiedt. Aanvaarden van mensen is heilzaam en Bijbels. Dat is iets anders dan accepteren van en verantwoordelijkheid nemen voor hun keuzes en gedrag.”
Dat stelde drs. P. Eikelboom vrijdagavond in Gouda tijdens een landelijke bijeenkomst van de werkgroep Ouders en familie rondom mensen met een andere geaardheid. Eikelboom, psycholoog en directeur van Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG), sprak voor zo’n zeventig belangstellenden over het thema ”Homoseksualiteit en kerkverlating”.
Hij stelde dat het om een „complexe samenhang” gaat tussen „twee grote onderwerpen.” Er is volgens Eikelboom weinig bekend over aantallen mensen die uit de kerkelijke gemeente vertrekken vanwege hun seksuele gerichtheid. Maar het is volgens hem niet waar dat alle homo’s de kerk verlaten. „Er gaan er wel veel, maar zeker niet allen. In de kerkelijke gemeente leven zonder twijfel ook mensen celibatair met homoseksuele of lesbische gevoelens.”
Eikelboom spreekt soms met zulke mensen. „Opvallend bij hen vind ik de insteek om hun leven expliciet breder in te vullen dan hun seksuele oriëntatie.” Hij vroeg zich af hoe open christenen zijn naar mensen die met hun geaardheid worstelen. „Dat zijn prangende vragen, zeker in onze gereformeerde gezindte met de radicale oordelen en veroordeling van mensen die anders zijn.”
Eikelboom benoemde het belang van toegankelijke contacten in het pastoraat. „Contact met jongeren is een levensader van de gemeente.” Juist voor jongeren met een andere geaardheid moeten kerkleden er zijn. „Het is buitengewoon belangrijk om voor deze jongeren en hun vragen beschikbaar te zijn en ze niet met een kluitje in het riet te sturen. Doe je het laatste dan heb je misschien je laatste kans verspeeld.”
Tot slot citeerde Eikelboom uit een rapport van de Christelijke Gereformeerde Kerken uit 2013. „De kwetsbaren moeten in de gemeente een veiligheid vinden die omsloten is door heiligheid. Deze heiligheid krijgt gestalte in de gehoorzaamheid aan Gods geboden. Zo staat ook in het pastoraat liefde niet tegenover gebod. Noch het eigen gevoel, noch de publieke opinie kunnen zo veel zegen beloven als de weg van Gods Woord.”