Vreemde vogels, die dominees
Sommige lezers kunnen het niet laten. Ze gaan naar de laatste bladzijde van het boek en kijken hoe het afloopt. Het leesplezier is bedorven, de honger gestild.
Die ervaring heb je als lezer ook als je het boek ”Vreemde vogels. Dominees en priesters in de wereldliteratuur” ter hand neemt. Auteur van het werk is ds. Henk Veltkamp, emeritus predikant in de Protestantse Kerk in Nederland. Hij schrijft over dominees en priesters die nooit hebben bestaan, oftewel: over geestelijken die figureren in de wereldliteratuur.
Onder tien verschillende thema’s rangschikt de samensteller de literaire verhalen die hij bij zijn lezers onder de aandacht wil brengen. Zo gaat het onder meer over roeping en vorming, theologie en geloof, het preken. Maar ook over liefde en seksualiteit, twijfels en valkuilen. Dankzij die rangschikking –waar de schrijver zich behoorlijk strikt aan houdt– leest het boek prettig. Wel komen hierdoor verschillende literaire personages herhaaldelijk terug, wat juist weer verwarring oproept. Het is lastig kiezen hoe je zo’n stuwmeer aan personages en thema’s ordent.
Zowel klassieke werken als ”Max Havelaar” van Multatuli (alias Eduard Douwes Dekker) en ”De pest” van Albert Camus als de veelbekroonde boeken over Gilead van de Amerikaanse schrijfster Marilynne Robinson komen in ”Vreemde vogels” voorbij. Maar ook onbekendere werken waarin een predikant of priester figureert, heeft de auteur ter hand genomen.
Ongeloof
Dat niet alle predikanten gelovige mensen zijn, heeft deze tijd ons al geleerd. Toch blijft het schokkend om te lezen over een predikant die zijn ongeloof wegdrinkt en halfdronken een kerstpreek houdt. De ervaring van de dominee in het verhaal ”Mijn grootste schrik” van de Nederlandse schrijver J. M. A. Biesheuvel blijkt dezelfde te zijn als die van een oom van de auteur, vertelde laatstgenoemde eens. De verteller noemt de kerstpreek de mooiste die hij ooit gehoord heeft. „Na de preek liet hij zingen: „Op U, mijn Heiland, blijf ik hopen, verlos mij van mijn bange pijn.” Terwijl we zongen, ging hij zitten. Ik wist dat hij verscholen achter de balustrade zat te huilen en vermoedde dat alleen maar een ongelovige zo mooi preken kon.”
Misbruik
Seksueel misbruik in de kerk is lange tijd in de doofpot gestopt. Hoe dat ging, beschrijft onder anderen de Canadese auteur Linden MacIntyre in ”De rechterhand van de bisschop”, dat in 2009 verscheen. In dat jaar werd in Canada een schikking van 15 miljoen dollar getroffen in een rechtszaak rond seksueel misbruik door een voormalig rooms-katholieke bisschop van het diocees Antigonish in Nova Scotia.
De priester Duncan MacAskill ontdekt in het boek –dat qua feiten overeenkomt met de werkelijkheid– welk doofpotbeleid de kerk jarenlang voerde rond dit thema. Zo krijgt hij te horen van de bisschop bij wie hij meldt dat zijn collega een jongen heeft misbruikt: „Niets aan de hand, je wilt je goede collega toch niet te schande maken.” Daar nog aan toevoegend: „Die jongen zal het zelf wel hebben uitgelokt.” Overplaatsing van de desbetreffende collega volgt, en daarmee is de zaak afgedaan.
Vreemde vogels, dat zijn de predikanten en priester die in dit boek voorbijkomen. De titel deed Veltkamp op in David Lodges ”Hoe ver kun je gaan?” waar een kapelaan van een pastoor te horen krijgt: „Je bent een vreemde vogel, Brierley. Waarom zou je de mensen laten twijfelen aan Gods goedheid?”
Boekgegevens
Vreemde vogels. Dominees en priesters in de wereldliteratuur, Henk Veltkamp; uitg. Kok, Utrecht, 2016; ISBN 978 90 435 2726 2; 192 blz.; € 17,99.