Column: Wees in Caïro niet te bang om op straat over Evangelie te spreken
Evangeliseren in Egypte is toch gevaarlijk? Nee, niet altijd. De reacties op straat in Caïro zijn soms juist verrassend positief.
Egypte is een islamitisch land waar je als geboren en getogen christen wordt geaccepteerd en vrij naar de kerk kunt gaan. Het is echter taboe om met niet-christenen te spreken over Jezus met het doel hen te bekeren.
Evangeliseren onder moslims is niet bij wet verboden. Maar moslims die zich tot het christendom hebben bekeerd, kunnen in hun paspoort niet hun religieuze identiteit wijzigen. De godslasteringswet die het beledigenen van de islam, christendom en jodendom verbiedt, beperkt christenen en moslims in hun religieuze vrijheid.
Evangeliseren op straat zoals in Nederland gebeurt, had ik hier tot voor kort nog niet meegemaakt, tot afgelopen week.
Met Kerst waren een jeugdvriendin en haar verloofde bij ons op bezoek. Afgelopen week waren we op zoek naar een parfumwinkel. De verloofde van mijn vriendin maakte toen ineens van de nood een deugd. Hij begon spontaan mensen op straat te zegenen met de woorden ”God bless you” (God zegene jou). Hij kon geen Arabisch en vroeg wat ”Jezus houdt van jou” in het Arabisch is. Hij wilde moslims zo graag vertellen over de liefde van Jezus. Ik leerde hem de Arabische woorden. Zijn uitspraak was niet altijd even helder voor de mensen en dan schoot ik hem te hulp. Mijn man was logischerwijs een beetje behoedzaam. Hij wist niet of het wel zo verstandig was om mensen zomaar aan te spreken, maar hij liet het toe.
Het bijzondere was dat iedereen die door onze Nederlandse vriend werd aangesproken, positief reageerde. Eén jongen keek een beetje nonchalant achterom en liep door. Even was ik bang toen een man mij aankeek en vroeg: „Wie van jullie spreekt er Arabisch?” Ik dacht dat hij zou gaan zeggen dat het verboden is om op straat over Jezus te praten en dat hij mijn man ter verantwoording zou roepen. Ik besloot echter niet naar mijn angst te luisteren, en legde de man uit wat onze vriend had gezegd. De man lachte vriendelijk en vroeg of onze vriend een dominee was.
Deze ervaring heeft mij doen beseffen dat wij als christenen ons soms laten leiden door angst, terwijl we ons mogen laten leiden door de Heilige Geest. Het is ”ora et labora”, bid en werk. Ook merkte ik dat veel Egyptenaren openstaan voor het Evangelie. Ze waren blij om de boodschap van Jezus’ liefde te horen en ze ontvingen graag Gods zegen.
Nu heeft mijn man gelijk als hij zegt dat het scheelt dat onze vriend buitenlander is en geen Egyptische christen. Ik weet niet wat er zou zijn gebeurd als mijn man zoiets had gedaan. Daarom denk ik dat onze vriend gelijk had toen hij na afloop zei: „We moeten een team evangelisten naar Egypte sturen.” Wat de mensen die we tegenkwamen met de boodschap doen, is hun verantwoording. Eén ding weet ik zeker: er is gezaaid en God zal voor de vrucht zorgen.