Twee jaar Agenda Toekomst Religieus Erfgoed: Behoud vraagt meer inzet
Kerken, kerkbeheerders, overheid en andere organisaties die betrokken zijn bij het behoud van monumentale kerken hebben vertrouwen in elkaar gekregen.
Dat is volgens projectleider Mirjam Blott een belangrijk resultaat van twee jaar Agenda Toekomst Religieus Erfgoed. Het project, dat donderdagmiddag in de Grote Kerk van Naarden werd afgesloten, bracht dertig partijen samen die zich inzetten voor een goede toekomst van religieus erfgoed. Zo waren de grote kerken, de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, de Vereniging van Beheerders van Monumentale Kerkgebouwen in Nederland en het Nationaal Restauratiefonds erbij betrokken.
De afsluiting donderdagmiddag is de „start van een nieuwe periode”, zegt Blott. Het behouden van religieus erfgoed zal een belangrijk thema blijven. Het aantal kerken dat de komende tijd leeg komt te staan, neemt alleen maar toe, stelt Blott. „De komende jaren zal van de circa 6000 in religieus gebruik zijnde kerkgebouwen minimaal een derde zijn oorspronkelijke functie verliezen. Andere schattingen voorspellen een nog veel groter functieverlies.”
Een zestal organisaties blijft zich de komende tijd gezamenlijk inzetten voor het religieus erfgoed, zo staat in een donderdag naar buiten gebrachte verklaring. De commissie kerkelijke gebouwen van het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken (CIO), de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, de Federatie Grote Monumentengemeenten, de Vereniging Beheerders Monumentale Kerkgebouwen, Museum Catharijneconvent en de Bond Heemschut blijven ook werken aan draagvlak onder de Nederlandse bevolking. „Vooral dat maatschappelijk draagvlak is belangrijk, omdat dat moet zorgen voor vrijwilligers die zich met hart en ziel willen inzetten voor het behoud van historische kerkgebouwen.”
De rijksoverheid gaat zich samen met onder meer Museum Catharijneconvent (Utrecht) inzetten voor een kenniscentrum rond religieus erfgoed. Blott: „We moeten voorkomen dat alle kennis die we opdoen, verdwijnt, zeker nu de kerken kleiner worden en er minder organisaties zijn die zich inzetten voor het religieus erfgoed.”
Plaatselijk is het belangrijk dat kerken en overheid vroegtijdig in kaart brengen wat er met kerkgebouwen gaat gebeuren, stelt Blott. „Dat gebeurt nog te weinig. Stel, een gemeente wil een bibliotheek of een wijkcentrum ontwikkelen, dan is het handig om te weten dat er een kerkgebouw leeg komt te staan. Wellicht is dat gebouw bruikbaar.”
Het Rijk gaat op een rij zetten welke religieuze monumenten zo oorspronkelijk mogelijk behouden moeten worden en welke aangepast kunnen worden voor een nieuwe bestemming. De overheid gaat voor 2018 tevens bekijken of het subsidiesysteem voor monumenten wellicht aangepast moet worden, aldus Blott.
Sloop van religieuze gebouwen zal de komende jaren nog nadrukkelijker op tafel komen, verwacht Blott. „De keuze daarvoor is soms onvermijdelijk.”