Vaste grondslag
Johannes 3:17
„Want God heeft Zijn Zoon niet gezonden in de wereld, opdat Hij de wereld veroordelen zou, maar opdat de wereld door Hem zou behouden worden.”
Op deze grondslag van de leer kunnen wij sterven en zalig worden: dat Hij ons eigendom is en door de Vader uit louter liefde geschonken is. Een liefde die Hij als een genadig God jegens de boze, ondankbare wereld heeft. Zo leert men welke schat en troost wij hebben. Wat de wereld en wie God is en hoe wij alleen door het geloof tot zo’n genade komen.
Want de prediking van de goede werken die door de Heilige Geest op zo’n geloof volgen, behoort op een andere plaats. Hier is alleen sprake van wat wij van God ontvangen en hoe wij dat moeten aannemen. Wat echter een christen doen moet om een volgzaam kind van God te worden en dankbaar te zijn voor zulke grote gaven van het eeuwige leven en van de liefde Gods, daarover spreekt Christus hier niet.
Daarom blijven wij bij dat ene stuk, dat wij alleen uit barmhartigheid zalig worden en zulke genade alleen door het geloof kunnen ontvangen – zonder ook maar iets van ons door onze verdienste. Alles wat ten eeuwigen leven en tot vergeving van zonden nodig is, ligt helemaal alleen in de liefde en barmhartigheid van God opgesloten.
God verlene ons Zijn genade, opdat wij zo mogen geloven en daarvoor met vreugde alles verduren en sterven en eeuwig zalig worden. Daartoe helpe ons onze lieve Heere God door Zijn Zoon, onze Heere Jezus Christus. Amen.
Maarten Luther, hoogleraar in Wittenberg (”Gods liefde in Christus”, preek uit 1538)