Nog volop onderzoek naar vrouwenmoorden zaak Sjonnie W.
Het Openbaar Ministerie en het coldcaseteam van de politie doen nog volop onderzoek naar de drie moorden waarvan de 47-jarige Sjonnie W. wordt beschuldigd. De strafzaak tegen de Amsterdammer loopt inmiddels in hoger beroep. De rechtbank veroordeelde W. alleen voor de moord op de Roemeense Mirela Mos in 2004. Voor de moorden op Monique Roossien en de sinds maart 2017 vermiste Sabrina Oosterbeek vond de rechtbank het bewijs te mager.
Maandag vond bij het gerechtshof in Amsterdam een tussentijdse zitting in de zaak plaats. W. wijst alle beschuldigingen van de hand. De rechtbank legde hem voor de moord op de 30-jarige Mos ruim veertien jaar jaar cel en tbs met dwangverpleging op.
Justitie beschikt over een nieuw DNA-spoor dat W. mogelijk aan de zaak-Roossien linkt. Ook hebben er de afgelopen tijd getuigenverhoren plaatsgevonden van drie medegedetineerden van W. Hij zou tegenover hen loslippig zijn geweest, onder meer over Sabrina Oosterbeek. Haar lichaam zou niet meer worden gevonden, zou W. tegen een van hen hebben gezegd.
Op basis van die getuigenverklaring heeft de politie opnieuw naar de stoffelijke resten van Oosterbeek gezocht, in wateren rond Amsterdam. Dat heeft niets opgeleverd. Er hebben inmiddels ettelijke vergeefse zoektochten plaatsgevonden.
Volgens W.’s advocaten moeten de getuigenverklaringen met een flinke korrel zout worden genomen en zijn zij allesbehalve betrouwbaar. De raadslieden vinden dat justitie het onderzoek niet eindeloos mag doorzetten. OM en politie zijn er volgens hen heilig van overtuigd dat W. de moordenaar van de drie vrouwen is en geven daarom nog niet op. In die ijver negeert het onderzoeksteam sporen die in de richting van andere potentiële daders wijzen.
Mirela Mos was op 6 november 2004 bij W. thuis in Amsterdam-Noord. Daarna is zij niet meer levend gezien. Na haar gewelddadige dood is het lichaam van de vrouw in stukken gezaagd en in meerdere vuilniszakken gedumpt.
Het lichaam van Monique Roossien (26) werd in 2003 gevonden aan de Uitdammerdijk aan het IJmeer, boven Amsterdam.
Het hof beslist op 16 november op een aantal verzoeken van W.’s advocaten. De zaak in hoger beroep zal naar verwachting volgend jaar inhoudelijk worden behandeld.