Eerste besmetting met westnijlvirus in Nederland
Een man heeft in Nederland het westnijlvirus opgelopen, vermoedelijk doordat hij in de buurt van Utrecht is gebeten door een mug. Het is de eerste keer dat iemand het virus in Nederland oploopt, meldt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). De man had last van koorts, spierpijn en hoofdpijn. Dat zijn symptomen van het westnijlvirus en daarom is besloten hem te testen.
In augustus en september zijn bij Utrecht vogels en muggen gevonden met het virus. Zo had een grasmus bij Haarzuilens het virus onder de leden. Later bleken ook twee andere vogels besmet te zijn geraakt.
Het westnijlvirus is al vaker aangetroffen bij Nederlanders, maar die hadden het virus opgelopen tijdens een reis naar het buitenland.
Het westnijlvirus komt vooral voor bij vogels en wordt overgebracht door muggen. Wanneer mensen besmet raken, worden zij meestal niet ziek. Zo’n 80 procent krijgt helemaal geen klachten, 20 procent krijgt milde symptomen zoals koorts en griepachtige klachten. In uitzonderlijke gevallen kan een infectie leiden tot ernstige neurologische klachten, zoals een hersenontsteking. Een klein deel van de patiënten kan overlijden. Mensen kunnen het virus niet overdragen op andere mensen of op dieren.
Het westnijlvirus komt al langer voor in Zuidoost-Europa en rond de Middellandse Zee. In de afgelopen jaren is het ook in andere delen van Europa opgedoken. Daarom hield het RIVM er al rekening mee dat iemand in Nederland besmet zou raken.
Het RIVM denkt dat de kans op een nieuw geval de komende tijd klein is vanwege het herfst- en winterweer. Als het ‘muggenseizoen’ volgend jaar begint, komt het RIVM met „adviezen en eventuele verdere acties”.