Aantal mensen met doctorstitel flink toegenomen
Het aantal mensen met een doctorstitel in Nederland is in de afgelopen dertig jaar gestaag toegenomen. In het academisch jaar 1990/’91 verdedigden 1900 personen met succes hun proefschrift aan een Nederlandse universiteit. In 2018/’19 groeide dit tot een kleine 5000, maakte statistiekbureau CBS bekend.
Bij vrouwen was de toename sterker dan bij mannen.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek stelt ook vast dat bijna twee op de drie van alle gepromoveerden met een baan niet in de academische wereld werkzaam zijn. De grootste bedrijfstak voor deze groep is het openbaar bestuur. Ook werken veel van hen in het niet-universitair hoger onderwijs, bij algemene ziekenhuizen of in een praktijk van medisch specialisten en medische dagbehandelcentra.
Gepromoveerden met een baan in de academische wereld werken vaak als universitair (hoofd)docent of hoogleraar, of in een universitair medisch centrum. Dat doen ze veelal als medisch specialist.
Mensen met een doctorstitel in een technische richting werken het meest buiten het wetenschappelijke vlak. Dit geldt voor bijna acht op de tien van hen. Ook gepromoveerden in de landbouw, diergeneeskunde en -verzorging en wiskunde of natuurwetenschappen hebben vaak geen academische baan.
Volgens het CBS hebben binnen de academische wereld relatief weinig jonge gepromoveerden (tot 35 jaar) een vast dienstverband. Eind 2018 had 37 procent van hen een vaste baan. Van hun gepromoveerde leeftijdsgenoten die buiten de academische wereld werkzaam waren, had 64 procent een vaste aanstelling.