Anders dan grote jongens zoals ING, ABN Amro en Rabobank, bleef Friesland Bank, dat een hogere financiële waardering kreeg van twee ratingbureaus, afgelopen jaar hardnekkig vasthouden aan het beproefde concept. Dat betekent het instandhouden en uitbouwen van een uitgebreid netwerk van kantoren en een concentratie van activiteiten in het noorden en het oosten van Nederland.

Of het aan deze strategie ligt, valt wetenschappelijk niet te bewijzen, maar de winnaar heeft altijd gelijk. „Financieel was 2001 een heel bijzonder jaar”, zei bestuursvoorzitter Offringa. Voor het vijfde jaar wist Friesland Bank positief af te sluiten. Bij een omzetstijging van 1 procent tot 160 miljoen euro kwam de nettowinst over 2001 uit op 100,1 miljoen, een toename van liefst 75 procent ten opzichte van de 57,1 miljoen in 2000.

Dat beeld behoeft onmiddellijk correctie, want de kas werd met 56,6 miljoen euro gespekt door de verkoop aan Dexia van het 13-procentsbelang dat Friesland Bank had in effectenbank Kempen & Co. Een deel van het bedrag wordt aangewend om de deelneming in Van Lanschot te vergroten. Friesland Bank bezit zo’n kwart van deze bank, die zich op een vermogende clientèle richt. Hoger dan 35 procent zal dat belang ook niet worden, zei Offringa.

Het gewone bedrijfsresultaat liep terug van 47,5 miljoen euro in 2000 tot 44,3 miljoen vorig jaar, een daling van een kleine 7 procent. De particuliere markt drukte de winst, wat vooral te wijten valt aan het slechte beursklimaat van 2001. Daartegenover stond een groei van rente-inkomsten uit het zakelijke segment. Als „zeer succesvol” bestempelde Offringa de opbrengsten uit deelnemingen. Het participatiebedrijf van Friesland Bank maakt een „sterke groei” door. De winst hieruit kwam voor de helft op naam van desinvesteringen.

Dit najaar hoopt Friesland Bank een nieuw kantoor te openen in Enschede. „We worden gehááld”, zei Offringa, die benadrukte dat regionale betrokkenheid in het hoofdkantoor in Leeuwarden met dikke letters wordt geschreven. „We willen weten wat er leeft in de regio. Onze toegevoegde waarde zit in advieskracht, wij zijn geen kale geldwinkel.” Waarmee maar is gezegd dat de ingeslagen weg niet verder naar het zuiden leidt.

Voor het komende jaar rekent Friesland Bank op een „verdere uitbreiding van de activiteiten” en een „duidelijke toename van de nettowinst uit gewone bedrijfsvoering.” Verder had Offringa „weinig te melden” over de toekomst. Buiten scheen de zon, in de statige zaal waar de jaarcijfers werden gepresenteerd liet de klok een tevreden deuntje horen. Voorlopig is het noorden groot genoeg.