Verdachte partnermoord: Ik zit al zes jaar onschuldig vast
Wim S. (45) uit Kaatsheuvel zegt al zes jaar onschuldig vast te zitten voor de moord op zijn vrouw Heidy Goedhart in 2010. Zijn nieuwe advocaat verzocht het gerechtshof in Den Haag vrijdag om de voorlopige hechtenis van de verdachte te schorsen, tot de zaak begin volgend jaar inhoudelijk wordt behandeld. Dit verzoek heeft het hof aan het einde van de middag afgewezen. Het hof ziet nog voldoende ernstige bezwaren om S. vast te houden.
Het Openbaar Ministerie verdenkt S. ervan dat hij Goedhart bij hun huis in Kaatsheuvel met een steen op het hoofd heeft geslagen en haar wurgde. Daarna zou hij een inbraak in scène hebben gezet. S. is daarvoor veroordeeld tot een gevangenisstraf van twintig jaar door het gerechtshof in Den Bosch, maar de zaak moest van de Hoge Raad opnieuw worden beoordeeld wegens een omstreden undercoveroperatie van de politie.
„Ik zit al zes jaar onschuldig vast en ik heb er niets mee te maken”, zei S. „Ik heb Heidy ook verloren. In deze zaal zitten alleen verliezers.” De advocaat noemt het een nachtmerrie voor zijn cliënt, „die zit al zes jaar vastzit voor een moord die hij niet heeft gepleegd en de moeder van zijn kinderen is verloren.”
De verdediging zegt dat de verdachte onder grote druk een bekentenis heeft afgelegd tegenover undercoveragenten in het Spaanse Marbella, die hem in de watten hebben gelegd en een baan met een riant salaris in het vooruitzicht stelden als hij de moord zou toegeven. Op basis van deze bekentenis is S. opgepakt en veroordeeld. Volgens de advocaat is de verklaringsvrijheid van zijn cliënt „met voeten getreden”. De undercoveragenten zouden hebben „doorgedramd, net zolang tot ze horen wat ze willen horen.”
De Hoge Raad sprak zich in december uit over deze vorm van bewijsvoering en vond dat de rechtszaak over moet. Dit omdat het hof in de uitspraak van 2018 niet goed heeft gemotiveerd waarom de bekentenis van S. toelaatbaar bewijs is en waarom ze vonden dat hij niet te veel onder druk is gezet en verleid.
Het OM doet nog extra onderzoek naar de financiële positie van S. ten tijde van de bekentenis.