Zorg om nieuwe generatie woestijnsprinkhanen
De sprinkhanenplaag in Oost-Afrika, Jemen, India en Pakistan is fors ingedamd, maar nog niet bedwongen.
„Zelfs de koeien vragen zich af wat er gebeurt”, verzuchtte een Keniaanse boer in januari in een gesprek met de Britse krant The Independent. Miljoenen woestijnsprinkhanen zwermden over het land, streken neer op de velden en vernietigden de oogst. Voor Kenia was het de ergste uitbraak in zeventig jaar.
Ruim een half jaar later is de situatie verbeterd. Half augustus waren er zo’n 500 miljard sprinkhanen geëlimineerd en was 650.000 hectare land „schoongeveegd.” Volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN, de FAO, is schade aan het land van 600.000 boeren voorkomen.
In het grensgebied tussen India en Pakistan en delen van Oost-Afrika is de situatie nu behoorlijk onder controle. In andere regio’s zorgen nieuwe generaties sprinkhanen echter voor problemen. De insecten verstoppen hun eitjes onder het zand, waardoor die lastig op te sporen zijn. De zorgen betreffen vooral Jemen, delen van Kenia, Ethiopië en Eritrea.
Zeer ernstig
De FAO noemt de situatie in het noordoosten van Ethiopië „zeer ernstig.” Er vormen zich daar in toenemende mate onvolwassen groepen sprinkhanen. In dat stadium kunnen sprinkhanen nog niet vliegen, maar kunnen ze al wel grote groepen vormen. Het is dan nog een kwestie van tijd voordat ze uitzwermen.
De FAO kijkt ook met zorg naar winden vanuit het noorden die in de komende weken boven de Hoorn van Afrika worden verwacht. Die kunnen onvolwassen groepen sprinkhanen meenemen naar gebieden die nu nog gevrijwaard zijn van de plaag.
Terugkijkend zegt Keth Cressman van de FAO dat de omvang van de sprinkhanenplaag in grote lijnen was verwacht Hij houdt binnen de organisatie de trends en ontwikkelingen rond sprinkhanen nauwkeurig in de gaten „We hebben al in de zomer van 2019 de eerste alarmsignalen afgegeven”, zegt hij. In januari riep de FAO vervolgens de hoogste noodtoestand uit in verband met de sprinkhanenplaag.
De oorzaak van de huidige uitbraak is volgens Cressman terug te voeren op twee cyclonen in mei en oktober 2018. Die hadden hevige regenval tot gevolg, wat weer leidde tot uitstekende broedcondities voor de woestijnspinkhaan. Daarbij kwam nog een derde cycloon in december 2019. „Vroegere voorspellingen van cyclonen zouden zeer behulpzaam zijn om nog beter voorbereid te zijn op sprinkhanenplagen”, aldus Cressman.