Hoekstra doet navraag in Polen over witwaszaak ING
Nederland klopt aan bij de autoriteiten in Polen voor meer informatie over de witwaszaak bij een dochterbedrijf van ING in dat land. De zaak valt buiten de bevoegdheid van De Nederlandsche Bank (DNB) en de Europese Centrale Bank (ECB), zegt minister Wopke Hoekstra.
Volgens gelekte documenten zou de Poolse dochter van ING klanten jarenlang de gelegenheid hebben gegeven dubieus geld vanuit Rusland weg te sluizen. De Tweede Kamer wilde daarover opheldering van Hoekstra tijdens het wekelijkse vragenuur. „Dit is een vorm van witteboordencriminaliteit die mensen niet begrijpen”, aldus PvdA-Kamerlid Gijs van Dijk.
Hoekstra heeft gesproken met ING, en ook met DNB en de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Maar veel van de antwoorden op zijn vragen moeten dus uit Polen komen. Hij gaat daarover contact opnemen met zijn Poolse collega, belooft hij.
De zaak toont volgens de minister nog maar eens aan dat witwassen „een levensgroot probleem” is dat niet bij de landsgrenzen ophoudt. Nederland zet zich al langer in voor een aanpak in Europees verband, en zal daar volgens de minister naar aanleiding van deze zaak opnieuw aandacht voor vragen in Brussel.
ING moest diep door het stof en beloofde beterschap toen de bank in 2018 voor gebrekkig witwastoezicht een boete kreeg van 775 miljoen euro. De kwestie in Polen dateert van voor die tijd, zei de bank eerder al en Hoekstra bevestigde dat. Hij sprak van „een relatief oude casus”, en heeft de indruk „dat men bij ING echt wel inziet dat het anders moet”.
Hoekstra verwacht overigens dat de komende „maanden en jaren” wel meer „ellende” met betrekking tot witwassen aan het licht zal komen. „Hoe meer stoeptegels wij oplichten, hoe meer van dit soort dingen we zullen vinden. Dat zal de realiteit zijn de komende periode.”