Historici: Zwitserland speelde rol bij holocaust
Zwitserland heeft zich tijdens de Tweede Wereldoorlog onttrokken aan zijn verantwoordelijkheden ten aanzien van nazi-slachtoffers. Het land deed zich voor als neutraal, terwijl de zaken met nazi-Duitsland gewoon doorgingen. Zwitserland sloot zijn grenzen voor vluchtelingen. Na de oorlog is het land bovendien laks geweest in het teruggeven van eigendommen aan slachtoffers van de oorlog.
Dat concludeert een speciale commissie van acht geschiedkundigen en een jurist, na een onderzoek van vijf jaar. Eind 1996 is de commissie, onder voorzitterschap van historicus Jean-Franc_ois Bergier, ingesteld door het Zwitserse parlement. Dat gebeurde na beschuldigingen van joodse groeperingen dat het land en zijn banken zichzelf in de oorlogsjaren hebben verrijkt. Het werk is uitgebracht in het Duits, Frans, Italiaans en Engels.
De houding van Zwitserland heeft duizenden mensen op de vlucht in grote problemen gebracht. De autoriteiten van destijds hebben „bijgedragen aan de realisering van het gruwelijkste doel van de nazi’s, de holocaust”, aldus het rapport dat zeshonderd pagina’s telt. De commissie-Bergier beschuldigt de toenmalige Zwitserse autoriteiten van een „uitzonderlijk terughoudend” beleid ten aanzien van vluchtelingen van wie de menselijke waardigheid „niet altijd” is gerespecteerd. Het land sloot in 1942 zijn grenzen voor vluchtelingen. Wel zijn in totaal 60.000 mensen, van wie de helft joods, voor korte tijd toegelaten. Maar zeker 10.000 tot 20.000 zijn bij de grens weggestuurd of het land uitgezet, samen met 14.500 asielaanvragen die niet zijn gehonoreerd.
Bergier en de zijnen hebben kritiek op de economische samenwerking tussen beide landen, waardoor de neutraliteit van Zwitserland werd aangetast. Zo is oorlogsmaterieel aan Duitsland geleverd en was er niet voldoende controle op het treinverkeer tussen Italië en Duitsland.
De commissie laakt verder het verzoek van Zwitserland aan Duitsland in 1938, dus voordat de oorlog uitbrak om de paspoorten van Duitse joden te markeren met een J, zodat de Zwitsers zouden weten wie ze geen asiel hoefden te verlenen. Het niet-teruggeven van eigendommen en geld na de oorlog, die tijdens de oorlogsjaren in Zwitserland waren ondergebracht, was meer het gevolg van „een foute beoordeling” dan van puur winstbejag, stelt de commissie. „Aan deze tekortkoming ligt geen slechtheid ten grondslag. (…) Het lag aan onwetendheid en aan het niet-herkennen van een probleem dat op zijn best werd gezien als marginaal”, aldus de commissie, die stelt dat de Zwitsers steeds de nadruk hebben willen leggen op het handhaven van het bankgeheim.