Binnenland

Raad Rotterdam te weinig geïnformeerd over problemen Warmtebedrijf

De Rotterdamse gemeenteraad is vijftien jaar lang summier geïnformeerd over de financiële en organisatorische problemen bij het Warmtebedrijf Rotterdam. Daarnaast zijn de risico’s, die inmiddels in de honderden miljoenen euro’s, lopen onderschat. Deze constateringen staan in het Eindrapport raadsenquête Warmtebedrijf Rotterdam dat donderdag is gepresenteerd.

ANP
17 September 2020 17:26Gewijzigd op 16 November 2020 20:24

Het Warmtebedrijf Rotterdam werd in 2005 opgericht om restwarmte uit het havengebied te gebruiken voor het verwarmen van woningen. Het bedrijf, waarin de gemeente een belang heeft van 88 procent, heeft volgens de enquêtecommissie vanaf de start een kwakkelend bestaan geleid. De voorzitter van de onderzoekscommissie, Jan-Willem Verheij (VVD), spreekt van een valse start, waardoor fouten en problemen zich maar konden blijven opstapelen. „Zo is gekozen om het bedrijf een NV (naamloze vennootschap) te laten zijn. Het belemmert de sturing die nadelig heeft gewerkt voor de gemeente Rotterdam. Daarnaast werd de verkoop van warmte gekoppeld aan de gasprijs en de inkoop van warmte aan die van de gasolieprijs. De eerste jaren liep dat nog gelijk op, maar inmiddels al lang niet meer. Er is daardoor een tekort ontstaan van 6,5 miljoen euro.”

Verheij constateert verder dat het Warmtebedrijf Rotterdam zelfs na vijftien jaar nooit volwassen is geworden. „Er werken te weinig mensen. Er was gewoon onvoldoende slagkracht. Maar in de tijd dat het slecht ging werd er gestuurd op het reduceren van kosten, terwijl het verstandiger geweest was om in goede mensen te investeren.”

De Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb nam het rapport in ontvangst. De gemeenteraad behandelt op 1 oktober de conclusie, maar volgens de onderzoeksvoorzitter Verheij zullen er „geen personen verantwoordelijk worden gesteld”. „Een scala van opeenvolgende wethouders heeft zich met het Warmtebedrijf Rotterdam beziggehouden. De problemen zijn niet toe te schrijven aan één ambtenaar of één wethouder.”

Verheij benadrukt in dat licht een van de aanbevelingen: stoppen is geen falen: „Inventariseer stoppen niet alleen als een van de scenario’s, maar weeg het serieus af als optie. Dit vergt bestuurlijke en politiek moed van gemeenteraad en college.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer