Burgemeesters kritisch over voorkeurspositie onderwijsland
De burgemeesters in het Veiligheidsberaad zijn kritisch op de voorkeurspositie die leerkrachten krijgen bij het testen op corona. „Wij zijn hier niet principieel op tegen, maar waarom krijgt de politie- of de vuilnisman geen voorrang en de onderwijzer wel? Lesgeven kan wel via een iPad en vuilnis ophalen niet”, stelt voorzitter Hubert Bruls maandag.
De voorkeur voor de een, is volgens hem een nadeel voor een ander. „Het onderwijsland is nogal een grote groep die een fors beslag legt op de testcapaciteit. Mensen melden zich ook nog eens en masse.”
De 25 burgemeesters van de Veiligheidsregio’s vinden dat je op grond van objectieve criteria de verschillende beroepen met elkaar moet vergelijken. Er bestaan volgens hen namelijk veel meer beroepsgroepen die voor de samenleving cruciaal zijn zoals „het waterschap of de energiemaatschappijen”.
De burgemeesters bespraken maandag in Utrecht de actuele corona-ontwikkelingen en keken alvast vooruit naar de herfst en winter. Zij maken zich zorgen om de jongeren. „Wij moeten juist zoveel mogelijk plekken waar zij graag komen, openhouden. Anders gaan ze zelf illegale feesten organiseren en dan zijn we verder van huis.”
Jan van Zanen van Den Haag: „Als je kijkt naar de cijfers dan zijn jongeren het meest kwetsbaar. Vooral deze groep raakt besmet.”
Volgens minister Ferd Grapperhaus (Veiligheid) staat „het perspectief voor jongeren” op de politieke agenda. „U zult hier snel iets over horen.”
Vanaf dinsdag begint formeel de regionale aanpak. Als lokaal het aantal besmettingen toeneemt, kunnen gemeentes aanvullende maatregelen nemen. Amsterdam praat dinsdag over welke extra maatregelen de stad wil nemen.