FNV: Deliveroo ontloopt nog steeds verantwoordelijkheid
Vakbond FNV vindt dat maaltijdbezorger Deliveroo nog steeds zijn verantwoordelijkheid ontloopt op het gebied van arbeidsvoorwaarden. Het bedrijf werd eerder door de rechter op de vingers getikt in een zaak over nabetalingen van loon. Deliveroo wilde niet op die claim ingaan en liet de vakbond weten de procedure voor het hoger beroep te willen afwachten. FNV stelt dat overheidsingrijpen misschien noodzakelijk is.
Volgens FNV verzaakt Deliveroo zijn plicht als fatsoenlijk werkgever. Na de uitspraak van de rechter vorig jaar is er volgens FNV bij Deliveroo nog niets veranderd. Het hoger beroep dat vrijdag dient, is volgens de vakbond „slechts uitstel van gerechtigheid”, geen afstel. In augustus eiste de vakbond namens twee maaltijdbezorgers een arbeidsovereenkomst en nabetaling van loon.
De rechter oordeelde toen dat maaltijdbezorgers van Deliveroo geen zzp’ers zijn en recht hebben op een arbeidsovereenkomst en een cao-loon, omdat er een grote mate van afhankelijkheid is van Deliveroo. In een andere uitspraak bepaalde de rechter dat Deliveroo onder de cao beroepsgoederenvervoer valt.
Joris den Ouden, FNV-bestuurder Flex en Naleving, zegt dat er al jarenlang wordt gesproken over de doorgeschoten flexibilisering op de arbeidsmarkt, maar dat niemand echt ingrijpt. Ook zijn er Kamervragen gesteld en moties aangenomen, maar hebben die niks opgeleverd. „Deliveroo laat steeds meer maaltijdbezorgers toe, er is daardoor minder werk en om als maaltijdbezorger nog rond te komen moet je meerdere banen stapelen. Dat zijn Amerikaanse toestanden die we hier niet moeten willen.”
In een rapport over maaltijdbezorging becijferde de vakbond vorig jaar dat de maatschappelijke schade tientallen miljoenen euro’s per jaar is.
Deliveroo wil niet inhoudelijk ingaan op de uitspraak van de rechter, die vrijdag rond twee uur ’s middags verwacht wordt. Deliveroo laat weten het jammer te vinden „dat het zover gekomen is”, aldus een woordvoerder. „De FNV voert al langer campagne tegen de manier waarop we met onze bezorgers werken en gaat voorbij aan wat zij willen, namelijk flexibiliteit. We zien een behoefte daarin.”