Onderscheid
Het invallen in de gedachten van plaatsen uit Gods Woord, of van een belofte in de ziel, hoeft niet altijd een werk van Gods Geest te wezen. Zulke dingen kunnen immers ook wel eens aan een onbekeerde worden gegeven.Het gebeurt wel dat de Heere dit in een bekeerde werkt zelfs met plaatsen die ze nog nooit met aandacht hebben gelezen. Die komen dan soms met zo veel licht en kracht in de ziel, en met zo veel goddelijkheid, dat ze ten volle overtuigd zijn dat Jezus Zich aan hen heeft geopenbaard. Dan smelt zo’n ziel weg in haar nietigheid en is verwonderd en verbaasd over de goedheid dat Hij dat aan zo’n nietig schepsel heeft bewezen. Het brengt hen als in een heilige verrukking. Het trekt hen als boven het aardse en maakt hen hemelsgezind. Zij geven zich geheel aan de Heere.
Ook geeft de Heere wel eens op een bijzondere wijze iets, hetzij in het gebed, hetzij in het gebruik van het heilig avondmaal, of in enige andere overdenking. Dat gebeurt dan met zo veel licht in de ziel, dat het is alsof ze de Heere Zelf tot hun ziel horen zeggen: „Ik ben uw heil” (Psalm 35:3).
Een onbekeerde heeft van deze zaken geen kennis. Hij spreekt hierover als een blinde over kleuren, terwijl hij die nog nooit heeft gezien. Wanneer dit echter bij een bekeerde gebeurt, kent hij de stem van zijn Herder en zegt: „Dat is de stem van mijn Liefste.” (Hooglied 2:3).
Johan Verschuir, predikant te Zeerijp (Selfs-ondersoek, 1740)