Toestand hoofdagent nog steeds kritiek
De toestand van de hoofdagent die donderdagmiddag in de binnenstad van Enschede levensgevaarijk gewondraakte bij een schietpartij was vrijdag nog steeds kritiek. Uit piëteit hangt de vlag bij alle politiebureaus halfstok voor brigadier J. Wind die het schietincident niet overleefde. Voor de ingang van het politiebureau in Enschede zijn de eerste bloemen neergelegd.
De agenten wilden de verdachte in een winkelcentrum aan de Noorderhagen fouilleren op het moment dat die met een drugsdeal bezig was. De Duitser haalde een vuurwapen onder zijn kleding vandaan en loste een schot in de borst van de brigadier. Daarna vluchtte hij, maar werd op de Blijdensteinlaan achterhaald door andere agenten. Daar schoot de man opnieuw en raakte daarbij de hoofdagent in het hoofd. Even verderop werd de schutter aangehouden.
De tweede schietpartij, waarbij de hoofdagent in zijn hoofd werd geraakt, vond plaats voor het schoolplein van de Montessorischool Het Zeggelt. De politie informeerde vrijdagmorgen de ouders van leerlingen van de basisschool en de peuteropvang over de schietpartij. Een aantal peuters, leerlingen en leidsters van de peuteropvang heeft het schietincident van dichtbij gezien en zijn danig onder de indruk. Slachtofferhulp is aanwezig om kinderen en leerkrachten zo nodig bij te staan.
De politiebonden hebben aangeslagen gereageerd op de schietpartij. Het is voor het eerst in zeven jaar dat een politieman in Nederland omkomt tijdens zijn werk. „Het kan dan wel zo lang geleden zijn, zoiets went natuurlijk nooit", zei een woordvoerder van de Nederlandse Politiebond. Zijn collega van de Algemene Christelijke Politiebond beaamt dat. „Elke politieman of –vrouw die omkomt tijdens het werk, is er één te veel."
De laatste 27 jaar zijn vier agenten tijdens hun werk door schietincidenten om het leven gekomen. In 1977 werd een Utrechtse brigadier gedood door een lid van de Duitse terreurbeweging Rote Armee Fraktion. In 1992 werd een opperwachtmeester van de rijkspolitie doodgeschoten tijdens een klopjacht in Vinkeveen. Drie jaar daarna vond een agent uit Losser de dood toen hij een verdachte auto wilde controleren. In 1997 werd een Rotterdamse hoofdagente doodgeschoten bij een arrestatie in Den Haag.
De bonden zijn beide voorstander van het invoeren van een verplicht kogelvrij vest. De Nederlandse politie heeft geen vaste richtlijn voor het dragen van een kogelwerend vest. In iedere politieauto liggen twee kogelwerende vesten. Op het moment dat een agent op een situatie afgaat waarvan hij vermoedt dat er gevaar voor vuurwapengebruik bestaat, trekt hij het aan.
Het dragen van zo’n vest is geen standaard, zegt C. den Bakker, woordvoerder van de Raad van Hoofdcommissarissen. De vesten zijn zwaar en beperken de agent in zijn bewegingsvrijheid. Alleen leden van arrestatieteams (AT’s) hebben standaard een kogelwerend vest aan. AT’s worden ingezet bij het aanhouden van vuurwapengevaarlijke verdachten.
Een aantal korpsen werkt sinds enige tijd met steekwerende vesten, bijvoorbeeld tijdens politie–inzet bij voetbalwedstrijden. De minister van Binnenlandse Zaken buigt zich nog over een landelijk geldende instructie voor het gebruik van het steekwerend vest en is hier in overleg met de bonden.