RIVM herhaalt: nut mondkapjes in openbare ruimte niet bewezen
Het standpunt van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) over mondkapjes in de openbare ruimte is ongewijzigd. „Wij zien geen eenduidig wetenschappelijk bewijs dat het werkt”, zegt een woordvoerster van het instituut. „Het belangrijkste blijft: houd afstand en vermijd drukte.”
Door mondkapjes in de openbare ruimte verplicht te stellen, zoals in andere landen in toenemende mate gebeurt, „geef je ook de verkeerde boodschap af”, aldus de woordvoerster.
Het voorschrift om 1,5 meter afstand te houden tot anderen zou weleens aan belang kunnen inboeten, doordat mensen zich beschermd voelen door het mondkapje. Niet-medische mondkapjes bieden echter slechts „zeer beperkt” bescherming tegen besmetting met het coronavirus. Ze worden vaak ook niet goed gebruikt, voegt de woordvoerster eraan toe.
Burgemeester van Rotterdam Ahmed Aboutaleb wil dat het kabinet onderzoekt of het verplicht stellen van mondkapjes in de openbare ruimte misschien toch zinnig kan zijn in de strijd tegen het virus. Zijn Amsterdamse collega Femke Halsema steunt dat pleidooi.
Het RIVM heeft de eerdere conclusie getrokken op basis van literatuuronderzoek en doet momenteel geen eigen onderzoek naar mondkapjes, laat de woordvoerster desgevraagd weten.
Wat overigens wel goed werkt om het besmettingsrisico te verkleinen, zijn professionele medische mondmaskers. Die moeten echter beschikbaar blijven voor de gezondheidszorg, waar ze het hardst nodig zijn, benadrukt het RIVM.
Sinds 1 juni is in het openbaar vervoer een mondkapje verplicht, omdat het daar niet altijd lukt om voldoende afstand te houden. Het Outbreak Management Team (OMT) dat het kabinet over dit soort kwesties adviseert, heeft die mogelijkheid in het algemeen open gelaten voor situaties waarin 1,5 meter afstand niet lukt. Bij gebrek aan hard bewijs kon het OMT „geen richtinggevend positief advies uitbrengen dat voldoende inhoudelijk onderbouwd is”. In het OMT zitten deskundigen van het RIVM en andere instituten.
In een achtergrondstuk van het OMT van begin mei staat wel dat niet-medische mondmaskers druppels die de drager produceert - door te hoesten of niezen - wel „enigszins tegenhouden”. Als iemand die is besmet, misschien zonder het zelf te weten, zo’n masker draagt, zou dat kunnen schelen. In hoeverre de omgeving wordt beschermd „hangt sterk af van het soort masker dat gedragen wordt, de mate waarin het masker aansluit op het gezicht en de manier waarop het masker gedragen wordt”.