Bezoek Conte is zuidelijk charmeoffensief tegen ‘zuinige vier’
De Italiaanse premier Giuseppe Conte komt vrijdag op bezoek bij premier Mark Rutte met de missie om hem overtuigen van de noodzaak van een omvangrijk en ruimhartig Europees herstelfonds tegen de coronacrisis. Het bezoek van Conte is onderdeel van een groter charmeoffensief van de zuidelijke EU-lidstaten, aangevoerd door Italië en Spanje, tegen de ‘zuinige vier’: Oostenrijk, Zweden, Denemarken en Nederland.
De Europese regeringsleiders komen volgende week vrijdag bijeen voor onderhandelingen over het herstelfonds van 750 miljard euro dat is gekoppeld aan de meerjarenbegroting voor de Europese Unie. Daarover moet een unaniem besluit worden genomen. De zuidelijke landen en Duitsland dringen aan op een spoedig vergelijk, maar de zogenoemde ‘vrekkige vier’ maken geen haast. Zij zien er geen heil in dat het herstelfonds op de tekentafel voor 500 miljard euro uit subsidies bestaat.
Daarom krijgt premier Rutte behalve van Conte vrijdag, maandag ook nog bezoek van de Spaanse premier Pedro Sánchez en de Portugese minister-president António Costa. Eerder kwamen de Franse president Emmanuel Macron en EU-president Charles Michel al langs voor overleg in Den Haag.
Conte was woensdag in Madrid bij zijn Spaanse collega Sánchez om de gezamenlijke strategie en positie van Italië en Spanje voor de onderhandelingen te bespreken. De twee landen zijn van alle EU-lidstaten het zwaarst getroffen door het coronavirus en hebben het meeste baat bij het herstelfonds. Spanje en Italië hebben steun van Frankrijk en Duitsland.
Conte zal daarom behalve naar Den Haag, ook nog naar Berlijn afreizen voorafgaand aan de top in Brussel. Sánchez zal voor die begint ook nog een bezoek brengen aan zijn Zweedse collega Stefan Löfven.
Italië heeft geen moeite met de Nederlandse eis dat het Zuid-Europese land hervormingen doorvoert in ruil voor hulp, zei de Italiaanse ambassadeur bij de EU in de aanloop naar Contes bezoek aan Rutte. Maar die hulp kan niet enkel uit leningen bestaan, zoals Nederland wil. De korting op de EU-afdracht die Nederland koestert, zou de komende jaren nog wel behouden kunnen blijven.