30 maanden cel voor misbruiken 12-jarig meisje in Rotterdam
De Amerikaan James B. is door de rechtbank Rotterdam veroordeeld tot een celstraf van 30 maanden voor het misbruiken en aan het ouderlijk gezag onttrekken van een destijds 12-jarig meisje. Voor het meisje werd vorig jaar zomer een Amber Alert uitgedaan. Ze werd daarna samen met de 50-jarige B. in een Rotterdams hotel gevonden door de politie.
B. heeft het misbruik altijd ontkend. Hij is op vrije voeten en niet meer in Nederland. Hij zou acute leukemie hebben en terminaal ziek zijn. Volgens de artsen heeft hij nog maar hooguit enkele maanden, of wellicht zelfs weken, te leven. De rechtbank besloot daarom onlangs dat hij mocht terugkeren naar zijn thuisland de Verenigde Staten.
De Amerikaan kwam eind juni vorig jaar op Schiphol aan en reisde door naar Rotterdam, waar hij het meisje ontmoette op het treinstation. Hij gaf haar de sleutel van een hotelkamer in het Hilton waarna ze er twee dagen verbleven. Na het Amber Alert trof de politie het tweetal daar goeddeels ontkleed aan.
De twee kenden elkaar al maanden via een onlinepaardenspel, dat de dochter van B. ook speelde. Zijn dochter en haar moeder wonen in Nederland.
Tegen B. was een celstraf van 4 jaar geëist. De rechter heeft rekening gehouden met de gezondheidstoestand van de verdachte, zei hij. „Daarom wordt een lagere straf opgelegd dan normaal.” B. heeft een klein jaar in voorarrest gezeten. De rechtbank vindt het echter „passend en geboden” dat zijn straf langer is dan het voorarrest, dat hij dus terug de cel in moet. Of en hoe hij dan vanuit de VS naar Nederland moet komen, is nog niet duidelijk.
De straf moet eerst onherroepelijk zijn, dat is het geval als er geen hoger beroep komt. De advocaat van B. kan direct na de uitspraak nog niet zeggen of ze in hoger beroep gaan. „Gelet op zijn ontkenning, is hoger beroep niet uitgesloten. Anderzijds heeft cliënt ook steeds rekening willen houden met de belangen van het meisje. Dat is niet gebaat bij appel. Ik weet wel dat cliënt niet in staat is een gevangenisstraf te ondergaan.” Volgens de advocaat heeft het vonnis „helaas een grote symbolische waarde”.