Kiezer krijgt meer invloed op democratisch stelsel
Kiezers krijgen straks meer invloed op wie er in de Tweede Kamer komen. In het stemhokje kunnen mensen dan een stem uitbrengen op de hele kandidatenlijst van een partij of op één kandidaat. Dat zal ertoe leiden dat kandidaten meer kans hebben dan nu om in het parlement te komen als ze voorkeursstemmen krijgen.
De gedachte erachter is dat de binding tussen kiezer en gekozene sterker wordt, laat minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken) aan de Tweede Kamer weten. Ook op andere punten wil ze het kiesstelsel wijzigen. Het doel is om alle Nederlanders beter te laten vertegenwoordigen én de rechtsstaat te versterken. Een staatscommissie heeft daar eerder over geadviseerd.
Volgens de minister hebben burgers „een onverminderd groot vertrouwen in het huidige democratische systeem. De representatieve democratie verkeert niet in een crisis, maar burgers willen meer directe zeggenschap als aanvulling op het huidige systeem”. Zo wordt nagedacht over een burgerforum waarin mensen zich kunnen bemoeien met de uitwerking van beleidsopties.
De staatscommissie stelt dat opvattingen over cruciale thema’s van een meerderheid van de bevolking soms niet goed aansluiten op de politieke meerderheden in het parlement. Als dit in het politieke debat onvoldoende aan bod komt, kan dat leiden tot onvrede over of vervreemding van de politiek. Een initiatiefvoorstel van de SP tot een correctief bindend referendum ligt nu in de Kamer. Het kabinet doet daar geen voorstellen over. Ooit waren referenda een kroonjuweel van D66, de partij van Ollongren.
Verder wil de minister dat begin 2021 een landelijke vorm van jongereninspraak is. Ook gaat ze de Kamer vragen om de leeftijd voor het ondertekenen en indienen van burgerinitiatieven te verlagen van 18 naar 16 jaar. Jongerenclubs dringen daar op aan. Een verlaging van de stemgrens naar 18 jaar ziet de minister niet zitten.
Daarnaast moet de Eerste Kamer het recht krijgen om wetsvoorstellen terug te zenden naar de Tweede Kamer en wijzigingen voor te stellen. Nu kan de Eerste Kamer een al aangenomen wetsvoorstel alleen verwerpen. De nieuwe bevoegdheid is volgens Ollongren een effectieve manier om bezwaren kenbaar te maken en verwerken. Het mag niet tot te veel vertraging leiden.
Een aparte regeling komt er voor een verbod op een politieke partij. Dat kan het geval zijn als de partij een concrete en reële bedreiging vormt voor de democratische rechtsstaat, door de grondbeginselen ervan te ondermijnen. De rechter kan een partij nu ook al verbieden, als die in strijd is met de openbare orde.