Jakarta gedraagt zich kinderachtig door VOC-feestje te mijden
Nederland staat dit jaar bol van de festiviteiten rond de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), die woensdag 400 jaar geleden werd opgericht. VOC-steden, musea, concertzalen - iedereen heeft zijn eigen VOC-programma. Woensdag was er in de Ridderzaal in Den Haag een feestelijke herdenking van het moment dat de Staten-Generaal aan de compagnie octrooi verleenden. Overzee blijft het echter opvallend stil. Of is dat misschien niet verwonderlijk?
Als de 30-jarige moslimgids bij het vroegere Nederlandse stadhuis in Jakarta aankomt en de executieplaats ervoor aanwijst, zegt ze: „Dat was nou het werk van je voorouders.” Ze lacht alsof ze een grapje maakt, maar het is een bitter lachje. De Nederlanders mogen dan in Indonesië geschiedenis hebben gemaakt, dat is geen verhaal om trots op te zijn, is haar boodschap.
De geëmeriteerde hoogleraar Adri Lapian in Manado, Noord-Sulawesi, spreekt perfect Nederlands, maar zijn vraag is even veelzeggend: „Jullie vieren toch ook de Duitse bezetting niet? Of de overheersing door de Spanjaarden?” Indonesiërs beschouwen de Nederlandse aanwezigheid in hun land als een reeks zwarte bladzijden. Bijgevolg schittert de Indonesische ambassadeur op officiële Nederlandse VOC-feestjes door afwezigheid.
In Zuid-Afrika is het verhaal niet veel anders. Het is dit jaar 350 jaar geleden dat de VOC voet aan wal zette op Kaap de Goede Hoop. Weliswaar wordt aan dat feit wel aandacht geschonken, maar dat gebeurt vooral op wetenschappelijk en dus neutraler niveau. Alleen de zogenaamde Citizens for Truth en die Waarheid verbreiden een minder neutrale boodschap. Volgens deze actiegroep hoort het standbeeld van Jan van Riebeeck, de man die volgens de geschiedenisboeken de Kaap ’ontdekte’, in de gevangenis te staan.
Bijgepraat
Hoe begrijpelijk zijn de anti-Nederlandse geluiden in Indonesië en Zuid-Afrika? Het is ontegenzeggelijk waar dat de Nederlandse koopman niet alleen een portemonnee bij zich had. Als hij het nodig achtte, laadde hij zijn wapen. Wat te denken van Jan Pieterszoon Coen? Hij moordde achteloos de bevolking van de Banda-eilanden uit, aangezien deze de specerijen ook aan anderen verkocht. En Jan van Riebeeck, hoeveel van de oorspronkelijke bewoners van de Kaap liet hij in leven?
Leidse VOC-kenners moesten VVD-kamerlid ir. E. L. P. Hessing dan ook gauw bijpraten toen hij bij de begrotingsbehandelingen in 1998 voor de viering aandacht vroeg. Hij kreeg het weliswaar voor elkaar dat het Rijk 8 miljoen gulden beschikbaar stelde voor een VOC-herdenking, maar wist hij wel dat de compagnie niet alleen een successtory was? Nederland zou Nederland niet zijn als niet een veilig compromis werd bereikt. Wie goed oplet, kan constateren dat met de 8 miljoen rijksguldens niet het héle bestaan van de VOC wordt gevierd, maar alleen de oprichting…
Als je naar het jaartal kijkt, heeft Indonesië inderdaad strikt weinig reden voor festiviteiten. Vierhonderd jaar terug was voor het land geen belangrijk moment. Toen werd weliswaar de VOC een octrooi verleend, maar dat werd pas later in de Indonesische wereld structureel zichtbaar. Wat dat betreft heeft het land meer aanleiding om in 2019 slingers op te hangen. Pas in 1619 stichtte Jan Pieterszoon Batavia, de huidige hoofdstad Jakarta. In 1602 verrees hooguit hier en daar een fort.
Kinderachtig
Toch is het van Jakarta kinderachtig om niet aan te haken bij de Nederlandse vieringen, alsof Indonesië niets te danken heeft aan de VOC. Het is zelfs vreemd, als je bedenkt dat negen van de tien Indonesiërs een opvallend gebrek aan enig historisch besef hebben. Realiseert Indonesië zich dat moord en onderdrukking tot de wereld van toen hoorden? In de tijd dat de Europese mercantilistische expansie opkwam, was de handel in specerijen verbonden met roof, oorlog en wreedheid jegens inheemse bevolkingen. Onverschilligheid jegens eigen personeel hoorde daar trouwens evengoed bij.
Dat betekent niet dat Nederland zich voor de gedragingen van de VOC op de borst moet kloppen, maar we hoeven haar werk evenmin te bagatelliseren. Het is moeilijk voor te stellen wat voor land Indonesië zonder Nederland zou zijn geweest. De VOC verbrak alle tradities in Indonesië, maar het is duidelijk dat Nederland zijn steentje heeft bijgedragen als het bijvoorbeeld om onderwijs en economie gaat. Wat dat betreft is het een beetje zielig dat het land zelfs niet bij het ontstaan van de compagnie stilstaat door bijvoorbeeld een wetenschappelijk congres te organiseren.
Ook op religieus terrein heeft Nederland zijn sporen nagelaten, al is dat niet iets om trots op te zijn - na 350 jaar Nederlandse aanwezigheid is niet meer dan 10 procent van het land christelijk. Overigens gaan bij menige Indonesische christen van boven de zestig de ogen wél glimmen als het over Nederland gaat.
Al te gretig
Wellicht heeft de negatieve houding meer te maken met de algemene anti-Nederlandse attitude die bij de jongere generaties te vinden is. De beste VOC-critici zijn nog altijd onder Néderlandse historici te vinden. Het waren Nederlandse geschiedkundigen die het element van uitbuiting en onderdrukking onderstreepten. Dat zijn inderdaad misdaden en Nederland mag die niet vergeten, maar naoorlogse nationalisten gebruikten hun argumenten maar al te gretig in hun gevecht voor onafhankelijkheid. Waarom zou Nederland dan verbaasd zijn als het nu een vrucht van eigen akker oogst?