Niet overgaan op video-uitzendingen vanwege nood van de tijd
Niet elke gemeente kiest ervoor de dienst met beeld uit te zenden. Te vrezen valt dat moderne media nog verder het karakter van de zondag als dag van God, rust en het gezin aantasten.
Er zijn enkele voordelen van video-uitzendingen. Tijdens het luisteren kun je je ergens op focussen, gemeenteleden houden (in deze tijd van afstand) wat meer gevoel bij ‘hun’ predikant of ouderling, en zichtbare gebaren en gezichtsuitdrukkingen ondersteunen de boodschap.
Deze voordelen zijn er, maar ze zijn wel betrekkelijk. Tot voor kort waren er ook tienduizenden die (door allerlei oorzaken) thuis moesten meeluisteren. Toch kwam er bij kerkenraden zelden de vraag om uitzending-met-beeld, alsof alleen geluid ondoenlijk zou zijn. En de problemen die velen nu bij het maandenlang thuis luisteren ervaren, worden soms wel verminderd maar zeker niet weggenomen door het toevoegen van beeld.
Terwijl er anderzijds wel degelijk bezwaren aan kleven! Dat zit hem niet in de technische middelen – internetkabel, camera – op zich. Het is niet de vraag of het internet een preek bij ons mag brengen. Het is wél de vraag of een preek ons bij het internet mag brengen.
Refo-tv
Als wij weerstand hadden tegen de verlokkende kracht van het internet, als de honger naar het Woord domineerde, dan zou deze vraag niet zo dringend zijn. De werkelijkheid is echter dat het internet eerder grip heeft op ons dan andersom. De praktijk wijst nu al uit dat het aanbieden van video-uitzendingen (méér dan in geval van alleen geluid) de dominantie van het internet bevordert.
Nu veel predikanten live te zien zijn, lijkt dat een goedkeuring te zijn om allemaal live te gaan, uitmondend in een soort refo-tv. In veel gezinnen waar tot drie maanden geleden de zondag een beeldschermvrije dag was, is dat nu voorbij. Velen spreken nu over ”een preek bekijken”. Als we niet uitkijken, nodigt het uit tot meer. Na vijf minuten kerkdienst vroeg een kind: „Mag nu Nijntje aan?” Dat was natuurlijk kinderlijk, maar toch tekenend. Uitnodigen tot méér gebeurt zeker door YouTube. Dat platform immers toont (tenzij je de optie uitzet) aan het eind van iedere video diverse opties om verder te kijken. Te vrezen valt dat velen deze verleiding niet kunnen weerstaan, en dat moderne media nog verder het karakter van de zondag als dag van God, rust en het gezin aantasten.
De snelheid waarmee kerkenraden op video-uitzendingen zijn overgegaan, heeft te maken met het gevoel in een noodsituatie te leven. Jawel, maar laat die nood ons dringen om meer te verwachten van Christus en Zijn Geest, van Woord en gebed. Niet om een stap naar voren te zetten, maar een stap terug, in verootmoediging naar de binnenkamer. Een noodsituatie is een periode die dringt tot verwakkering, niet tot verwatering.
Areopagus
Maar in zo’n noodsituatie moet je je toch inspannen om mensen dáár te bereiken waar ze zijn? Jawel, maar ook om gemeenteleden te leren waar ze moeten zijn! Opzoeken waar men zich bevindt, dat geldt wel voluit in een ander opzicht. Er zijn mensen om ons heen die geen andere wereld kennen dan die van YouTube. Zij gingen niet naar de kerk, downloaden geen preek van prekenweb.nl en zijn niet gewend aan toespraken van 50 minuten. Laten we, om hun zielenheil, hen opzoeken waar ze zijn. In de houding van Paulus. Hij ging naar de Areopagus (het oud-Griekse YouTube), niet om christenen daar te brengen, maar om anderen daarvandaan tot Christus te roepen.
De auteur is predikant van de Hersteld Hervormde Gemeente Oldebroek-’t Harde.