„Geef gemeente veel zelfstandigheid”
De Vereniging voor Kerkrentmeesterlijk Beheer (VKB) in de Protestantse Kerk in Nederland zet in op zelfstandigheid van plaatselijke gemeenten. „Geef hun zo veel mogelijk zelfstandigheid en verantwoordelijkheid”, vindt drs. Cor de Raadt. De vereniging bestaat 100 jaar.
De Raadt is tot het einde van het jaar voorzitter van de VKB, die haar eeuwfeest viert. Op 9 juni was het precies honderd jaar geleden dat de Vereniging voor Kerkvoogdijen (VVK) in de Nederlandse Hervormde Kerk werd opgericht. Samen met het Landelijk Verband voor commissies van beheer van de Gereformeerde Kerken vormde deze de rechtsvoorganger van de VKB.
De VKB is een organisatie die de kerkvoogden (later kerkrentmeesters) van de plaatselijke kerken bij al hun taken op het gebied van kerkbeheer bijstaat. Daarbij gaat het om de zorg voor betaalde medewerkers en vrijwilligers in de gemeente, onderhoud van gebouwen en begraafplaatsen, geldbeheer en werving, en om organisatorische werkzaamheden, zoals archivering en ICT. Ook de organisatie van Actie Kerkbalans in de Protestantse Kerk, Rooms-Katholieke Kerk, Oud-Katholieke Kerk van Nederland en Evangelische Broedergemeente wordt ondersteund door de VKB. Op het kantoor in Dordrecht werken zeven mensen (fte). De vereniging kent negen afdelingen met een eigen afdelingsbestuur.
Contactberoep
Die decentrale organisatie vindt de voorzitter belangrijk. „De jubileumviering staat gepland op 21 november in de Sint Joriskerk te Amersfoort – als het doorgaat. Die datum was al voor de coronacrisis gekozen. We wilden eerst de afdelingen hun eigen feestje laten vieren. Elke afdeling kon dat zelf invullen. Friesland koos een viering in de kerk, Zeeland opteerde voor een kerkenpad. Die festiviteiten zouden tijdens de centrale jubileumviering gepresenteerd worden.”
Door de crisis werd het anders. „Ons bureau in Dordrecht kreeg het druk. De medewerkers zijn bezig geweest met allerlei juridische kwesties, bijvoorbeeld over de positie van aan plaatselijke kerken verbonden gebouwen met een horecafunctie, zoals De Aker in Putten. Ook heeft de VKB zich sterk gemaakt voor het benoemen van de positie van de predikant en de kerkelijk werker als contactberoep. De laatste maand hebben de gebruiksplannen veel aandacht gevraagd. We werden ook op dat punt een vraagbaak.”
Amersfoort
Een andere taak die al jaren steeds belangrijker wordt, is de advisering over de toekomst van gemeente. „Vroeger keken veel kerkrentmeesters niet veel meer dan een jaar vooruit. Nu de kerken minder leden en minder geld hebben, moeten ze verantwoorde keuzes maken. De VKB helpt hen daarbij met een instrumentarium. Daarop staan niet alleen alle financiële posten en een verwachting voor de toekomst, maar wordt ook een vergelijking gemaakt met een soortgelijke gemeente.”
De vereniging heeft bijvoorbeeld de protestantse gemeente Amersfoort geholpen. „Die werd nogal centraal aangestuurd. Als er een financieel probleem in de wijk was, werd het verplaatst naar de centrale gemeente, die het maar moest zien op te lossen. Er is nu voor gekozen dat de wijkgemeenten meer zelfstandigheid krijgen, zodat ze zelf keuzes kunnen maken en zich ook meer verantwoordelijk voelen. De wijkgemeenten bloeien weer op.”
De Raadt, die zelf kerkt in de protestantse gemeente Bodegraven en een gereformeerde achtergrond heeft, vindt decentralisatie belangrijk. „We zijn een kritische flankerende organisatie. In onze kerk bestaat de neiging om de problemen op het grondvlak centraal op te lossen. Het is juist belangrijk om te denken vanuit het grondvlak.”
Hij voegt eraan toe dat er sprake is van een kentering. Als voorbeeld noemt hij het faillissement van een plaatselijke gemeente, dat niet denkbeeldig is. „Het is de vraag hoe je dan omgaat met het kerkgebouw. Er bestaan ideeën voor het oprichten van een landelijke stichting. Daarbij gaan de haren van de VKB recht overeind staan. De vereniging kiest liever voor een plaatselijke algemene stichting die het kerkgebouw wil redden, ook al gaat het om een inhoudelijk neutrale groep.”
Miljard
Hij wijst verder op het eindrapport van de commissie ”Werkzaam vermogen”, waaruit bleek dat de kerkelijke gemeenten binnen de PKN in totaal beschikken over een bedrag van ongeveer 1 miljard euro. Daarin staat dat het tijd wordt om het beschikbare vermogen daadwerkelijk te gaan besteden. De Raadt: „Het is natuurlijk goed dat gemeenten elkaar helpen. Je moet als landelijke kerk niet gaan aankloppen bij de plaatselijke gemeente voor dat geld, maar je kunt wel sturen op vrijwilligheid.”
De Raadt vindt dat de Commissie van bijzondere zorg in dat verband anders had kunnen handelen. Deze commissie heeft na de totstandkoming van de Protestantse Kerk maatregelen getroffen met betrekking tot de toewijzing van geld en gebouwen. „Er is toen te veel van bovenaf geregeld. De plaatselijke opvattingen hadden meer handen en voeten moeten krijgen.”