Kunstbaarmoeder moet overlevingskans premature baby vergroten
Baby’s die veel te vroeg zijn geboren, kunnen over een aantal jaren verder groeien in een kunstmatige baarmoeder. Net als in een natuurlijke baarmoeder is die gevuld met vloeistof en krijgt de baby zuurstof en voedingsstoffen via de navelstreng. Onderzoekers van de TU Eindhoven (TU/e) hopen over acht jaar de eerste extreem vroeg geborene over te plaatsen in een kunstbaarmoeder.
Als eerste stap ontwikkelen wetenschappers een levensechte oefenpop. De ‘simulatiemannequin’ heeft eigenschappen van een veel te vroeg geboren foetus. Met computersimulaties wordt onderzocht hoe zulke kleine baby’s het beste kunnen worden behandeld.
Uiteindelijk is het doel om de couveuse en kunstmatige beademing te vervangen door een natuurlijker omgeving. „Met deze kunstbaarmoeder willen we extreem vroeggeboren kinderen door de kritische periode van 24 tot 28 weken helpen”, vertelt deeltijdhoogleraar en gynaecoloog Guid Oei. Nu overleeft slechts de helft van de baby’s een geboorte met 24 weken. Baby’s die het redden, kampen later vaak met hersenschade, verminderde longfunctie of netvliesproblemen, waardoor ze een hoger risico lopen op blindheid.
„Met elke dag dat de groei van een foetus van 24 weken in een kunstbaarmoeder wordt verlengd, stijgt de kans op overleven zonder complicaties”, zegt Oei. „Als we de foetale groei van deze kinderen in de kunstbaarmoeder kunnen verlengen tot 28 weken is het risico op voortijdig overlijden drie keer zo laag.”
Voordat het zover is, moeten nog veel vragen worden beantwoord. Zo weten de onderzoekers nog niet hoe ze een baby na de te vroege geboorte zo goed mogelijk in de kunstbaarmoeder kunnen plaatsen. Ook ethische en juridische vraagstukken komen aan bod. Bij het onderzoek van de TU/e zijn ook diverse universitaire medische centra en bedrijven uit binnen- en buitenland betrokken.