Roman over de geschiedenis van een naaimachine
Singer staat al sinds 1851 symbool voor een betrouwbare, degelijke naaimachine die elke deugdelijke huisvrouw in huis zou moeten hebben.
De Engelse Natalie Fergie volgt in haar roman de geschiedenis van zo’n naaimachine. Met feitjes en fictie maakt ze een raamwerk waarin vier generaties een plekje veroveren. Het verhaal van haar Singer begint in 1911, wanneer een grote staking op de Singerfabriek losbreekt. De jonge Jean verstopt haar aanklacht binnen in de naaimachine. Jaren later komt dit papiertje terecht bij Fred, die de flat van zijn oma erft, inclusief naaimachine. Hij ontmoet Ellen, die kunstwerken maakt van onderdelen van kapotte naaimachines, als eerbetoon aan hen die werkten in fabrieken onder moeilijke omstandigheden. Wanneer Fred een grote verzameling notitieboekjes vindt met verslagen van honderden reparaties aan de Singer, vallen er steeds meer puzzelstukjes op hun plek. Wie was zijn oma eigenlijk? En welk geheim heeft zij meegenomen in haar graf? De Singer is de verbindende factor tussen deze verschillende mensen. Elk hoofdstuk speelt zich af in een ander tijdsbestek. Als lezer ga je steeds voor- of achteruit in de tijd, wat soms verwarrend kan zijn. Pas in het laatste hoofdstuk komen alle losse eindjes bij elkaar op een tamelijk onrealistische manier. Wat niet wegneemt dat de schrijfster een pakkend verhaal heeft neergezet met een origineel motief: „De ervaring en vastberadenheid van vorige generaties plaveiden de weg voor het werkende leven zoals wij dat nu kennen.” Ere wie ere toekomt.
Boekgegevens
De naaimachine, Natalie Fergie; uitg. KokBoekencentrum; 352 blz.; € 20,99