Het Openbaar Ministerie deed dinsdag huiszoeking in advocatenkantoor Toenbreker in Amsterdam, waar Hingst werkzaam is, en in twee privé–woningen van de advocaat. Volgens Hingst was het document waar justitie naar zocht, niet meer in zijn bezit. Dat zou al terug zijn bij zijn cliënt.

Dit zou een man zijn uit Den Bosch, die is aangehouden op verdenking van het witwassen van enkele miljoenen euro’s aan drugsgeld en georganiseerde hennephandel. Hingst benadrukt op de site dat hij naast de advocaat–cliëntrelatie slechts persoonlijke contacten heeft met de Bosschenaar. „Kennelijk vinden ze dat wonderbaarlijk." Wel zegt hij een auto van de man te hebben gekocht.

Het kantoor van Toenbreker aan de Keizersgracht kwam in 2002 in het nieuws toen toenmalig cliënt en ’topcrimineel’ John Mieremet werd neergeschoten voor het pand.

Het OM verwacht binnen korte tijd meer aanhoudingen te verrichten. Hingst wacht het rustig af. „Ik zie ze wel komen", zo zegt hij. Hij denkt dat het OM per definitie argwanend is, omdat er zoveel ’zware klanten’ tot zijn clièntele behoren.

De huiszoekingen bij Hingst vonden plaats in aanwezigheid van de Amsterdamse Orde van Advocaten. Volgens J. van Veggel, de Amsterdamse deken, is dat een normale gang van zaken. „Een advocaat is een zogenoemde geheimhouder. Een deken gaat daarom bij een huiszoeking als het ware voorop om de spullen eerst door te kijken. Dat is belangrijk, omdat een advocaat meerdere cliënten heeft en om ervoor te zorgen dat justitie alleen die informatie waar ze naar zoekt, in handen krijgt."

Volgens Van Veggel belist een aparte raadkamer van de rechtbank in Amsterdam of de inbeslaggenomen stukken mogen worden toegevoegd aan het strafdossier. Hij benadrukt dat de huiszoekingen bij Hingst geen reden is voor de Amsterdamse Orde om tot stappen tegen de advocaat over te gaan. „We hebben een eigen onderzoeksplicht, maar we wachten eerst het verloop van het onderzoek af."