Soortenrijkdom op Europese landbouwgronden verder verslechterd
De soortenrijkdom op landbouwgronden in de Europese Unie blijft achteruitgaan, ondanks maatregelen in het Europese landbouwbeleid om de biodiversiteit te stimuleren. Intensieve landbouw blijft een belangrijke oorzaak van de verslechtering, stelt de Europese Rekenkamer vast in een rapport.
De meeste EU-uitgaven voor biodiversiteit (86 miljard euro tussen 2014 en 2020) halen weinig uit en de manier waarop de Europese Commissie de bestedingen monitort is onbetrouwbaar, aldus de controleurs. „De commissie en de lidstaten gaven de voorkeur aan opties met weinig impact.”
Sinds 1990 zijn de populaties akker- en weidevogels en graslandvlinders met meer dan 30 procent gedaald. Ook de verscheidenheid aan kleine zoogdieren, insecten en natuurlijke vegetatie liep terug. De doelstelling uit 2011 om de teruggang uiterlijk dit jaar een halt toe te roepen is niet gehaald, mede omdat de strategie geen meetbare streefdoelen voor de landbouw bevatte.
„Het gemeenschappelijk landbouwbeleid is tot nu toe onvoldoende gebleken om de achteruitgang van de biodiversiteit op landbouwgrond, een grote bedreiging voor zowel landbouw als milieu, tegen te gaan”, aldus rekenkamerlid Viorel Ștefan na bezoeken aan Cyprus, Duitsland, Ierland, Polen en Roemenië.
De Europese Commissie presenteerde vorige maand de biodiversiteitsstrategie voor 2030. Daarin wordt voorgesteld het pesticidengebruik de komende tien jaar te halveren en het gebruik van kunstmest en antibiotica verder terug te dringen. Op een kwart van het totale landbouwareaal zou in 2030 biologisch moeten worden geboerd. De rekenkamer bevelen de commissie beter te coördineren en monitoren, en meetbare doelstellingen te hanteren.