Professionele zangers sturen brandbrief naar minister
De Nederlandse Vereniging van Zangpedagogen (NVZ) heeft de minster van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in een brandbrief gevraagd „niet alle zangers op één hoop te gooien” in de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. „Erken de zangprofessionals als aparte groep, met een specifiek getraind stemgebruik, en een specifieke financiële context.”
De brief is dinsdagmiddag 2 juni in Den Haag overhandigd aan minister Van Engelshoven van OCW.
Volgens de NVZ heeft de minster toen ze op 27 mei voorlopig het „zingen en blazen” verbood, de groep professionele zangers –vaak zzp’ers– over het hoofd gezien. Het gaat om zangers die in professionele koren zingen en als solist werkzaam zijn voor professionele en amateurgezelschappen. „Graag zouden we zien dat u deze groep professionals specifieker aandacht geeft in uw besluit over zingen en de verspreiding van het coronavirus, daarbij rekening houdend met het feit dat het inkomen van deze groep afhankelijk is van besluiten die genomen worden”, aldus de brief.
Volgens de NVZ worden in de berichtgeving rond het gevaar van zingen alle soorten zangers op één hoop gegooid. „Daarbij worden steeds de tragische voorvallen bij de (amateur-)oratoriumverenigingen en kerkkoren genoemd. De stem van de zangprofessional wordt niet gehoord”, aldus de briefschrijvers.
Volgens de NVZ verschilt het nogal wie er zingt. „De professionele zanger beschikt over een techniek waarbij de beheersing van de adem de basis is: precies genoeg en perfect gecontroleerd. Op die gecontroleerde, stromende adem (in het Italiaans aangeduid als ”inalare la voce”) worden de klanken gevormd door middel van een zo economische mogelijke articulatie: zonder spanning en overbodige spetters.”
De hoeveelheid aerosolen en daarmee gepaarde virusoverdracht wordt nog onderzocht, „maar helaas niet met de professionele zangers zelf”, zeggen de briefschrijvers. „Voor dat soort onderzoeken is er geen budget. Onduidelijk is dus wat het verschil in ‘virusload’ is tussen amateurs en professionals. Feit is dat onder de professionele ensembles geen massa-infecties van Covid 19 hebben plaatsgevonden.”
Elitegroepen
De professionele zangers vormen „de elitegroepen van het stemgebruik”, zo staat er in de brandbrief. „Ze zijn niet te vergelijken met amateurzangers, hoe goed die soms ook zijn. De vergelijking met schreeuwende voetbalsupporters of hossende skiërs zoals in de media vaak gebeurt, slaat de plank treurig mis.” De opmerking op de website van OCW over „geforceerd stemgebruik” is „nadrukkelijk niet van toepassing op de professionele zangers”, aldus de briefschrijvers.
Ook zij kijken „met spanning” uit naar de onderzoeken waaruit blijkt dat zangers weer (veilig) mogen beginnen. „We moeten weer aan het werk: geld verdienen voor onze gezinnen, de huur van onze huizen die we voor de coronacrisis prima konden betalen. Wij lijden financieel ernstig onder deze situatie, en hopen op verlichting.”
De briefschrijvers vragen de minister dringend oog te hebben voor hun specifieke situatie: „Gooi niet alle zangers op één hoop. Erken de zangprofessionals als aparte groep, met een specifiek getraind stemgebruik, en een specifieke financiële context. Ook willen we u vragen te beseffen hoe disproportioneel onze beroepsgroep wordt getroffen door deze maatregelen, en te overwegen wat die maatregelen aan de andere kant eigenlijk opleveren. Overweeg bij besluitvorming en regelgeving de unieke situatie van de zangprofessional!”, zo besluit de brandbrief.
Meer informatie: www.zangpedagogen.nl